478

de Orion moeder. Hoofdstuk 31. De Esodus De geslachtslijn van Jezus is op sommige punten problematisch, zoals we lezen in het Evangelie van Mattheus. Hij kwam voort vanuit David die Uria vooraan liet zetten in de oorlog, opdat hij zijn vrouw, Batseba kon krijgen, als een soort van vrouwenroof. Toen werd Salomo verwekt, en uit deze lijn is Jezus voortgekomen. Natuurlijk heeft dit hele diepe Egyptische wortels, en komen we uit bij Isis, wat later vermannelijkt werd tot Iesous. Isis was een populaire godin destijds bij de Grieken en Romeinen. Seb (Geb) en Meri Nut waren haar ouders, wat werd tot Jozef en Maria. Geb is de paradijselijke verlamming, de paradijselijke slaap. Geb, de aardgod en Nut, de luchtgodin, waren gescheiden tijdens de dag en kwamen samen in de nacht, zodat duisternis ontstond. Dat het uit Egypte komt wordt ook des te meer duidelijk in Mattheus 2 waarin Jozef en Maria met hun kind moeten vluchten naar Egypte, vanwege de massamoord van kinderen door Herodus. Dit is dus tegengesteld aan de exodus uit Egypte vanwege de massamoord van kinderen door de farao. We spreken hier dus over een esodus, terug naar Egypte. Mattheus 3 gaat over de doop van Jezus, wat het baden van Isis is. Dit is verbonden aan het sterven van het ego, waarvan ook de visvangst symbolisch is. Mattheus 4 gaat over Jezus in de woestijn, over het heilige vasten, de heilige verhongering. Men kan alleen tot Isis komen door het hongeren, het leeg worden, als tegengesteld aan de hebzucht en de overmoed van de stad. Daarom moet de mens de wildernis in. Om zo door alles los te laten te komen tot het diepere Woord. Zoals Jezus werd verzocht door de duivel, zo voerde Isis oorlog tegen de vijand, en overwon de vijand door het Woord. Verder gaat het over Jezus die de discipelen ontmoet bij het meer van Galilea, waar hij ze tot vissers van mensen maakten. Daarna gebeurden er genezingen. De genezingen zijn een beeld van de opname, wat ook weer een onderdeel is van de visvangst, en wat dus behoort tot Isis. Here, hry, hr., was oorspronkelijk een titel van Isis. Hry, hr. betekent meester(es), opper, autoriteit hebben over, zoals de hry ssta de meesteres van de geheimen was, als een bijnaam van Isis (st). Hr. werd al snel tot Horus, als een mannelijke voorloper van Jezus, wat steeds meer ontaarde in de Horus cultus, maar wat dus wel van groot literair en liturgisch belang is om het terug te herleiden tot Isis, zijn moeder. Isis was dus de vrouwelijke voorloper van Jezus, Iesous. In Mattheus 5 gaat Jezus de berg op. De berg is een beeld van de inwijding. Het gaat hier dus om Isis, de inwijder tot de wet, ook verbonden aan het Mozes op de berg verhaal, waar Mozes de wet ontvangt. Mozes is M-Isis, oftewel de wet (ma, Egyptisch) van Isis. De bergrede is dan eigenlijk de bergwet van Isis. Aan het einde van Mattheus vindt de kruisiging van Jezus plaats, waar hij zijn bloed gaf. Oorspronkelijk was dit Isis die haar melk gaf, als een beeld van hoe het ego sterft door het ontvangen van het Woord. De mens wordt opgevoed door het Woord en de wet van Isis. Dit is de wederopvoeding.

479 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication