niet vastgroeit. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan, want de vijand zal het altijd weer proberen. Daarom is er de hogere literatuur. Het is een ontledingsproces wat maar door blijft gaan. Niet zomaar in de diepte, maar juist ook aan de oppervlakte. In de eindeloosheid van het horizontale ontstaat vanzelf diepte, en dan op een natuurlijke, legale manier. Dit is waarom we ook in het leven telkens maar weer overweldigd worden met stortvloeden van het schijnbare oppervlakkige. De mens is niet in luilekkerland, maar in een gevaarlijk mijnenveld op deze planeet. Niets kan zomaar aangeraakt worden, want alles staat onder zware stroom. Voor alles zijn er strenge regels. Het pad ligt verborgen in de literatuur, als de weg tot de gnosis. Daarom moet de mens afwijkend zijn, en alleen langzaam toenaderend zijn. Je cirkelt dus weg van iets en komt dan tot iets nieuws, opdat er nieuwe verbindingen in het geheel kunnen komen. Het andere is dus de sleutel tot het ene. Staar je niet blind op het ene, maar richt je op het andere, en staar je ook daar vervolgens niet blind op, maar leer de wetten van het cirkelen. Leer te minderen, omdat je zal ontwaken tot een andere werkelijkheid, en leer te werken met deze patronen, en niet obsessief te worden met maar relatief hele kleine onderdeeltjes. We spreken daarom over het heilige cirkelen en het heilige minderen, het heilige halveren als onderdelen van de literatuur. Voortdurend groeit de mens vast omdat hij dit niet heeft geleerd, en omdat de mens de hogere literatuur niet kent. Ook dit is weer onderdeel van de literatuur, en van het kruis van de literatuur. Het ligt namelijk niet voor het oprapen. Het wordt langzaam geopenbaard. Maar niets kan de kennis stoppen. De kennis is wat het is. In de onmetelijke diepte van alles kan dat ook niet anders. Er zijn absoluten waar de mens niet omheen kan. Daar mag de mens in rusten dat in de ontwaking alles opgelost is. Zo ontdekt de mens het heilige nibana in de literatuur, wat gecodeerd is in zijn eigen leven, diep binnenin. Dit is dus de ware opstanding, die van de literatuur, tot een eeuwig leven. De mens sterft voortdurend, maar komt zo tot kennis, en die kennis is eeuwig en vereeuwigend. De mens wordt zo zelf tot kennis. Herhaal de gedachtes die je kwellen, blijf ze herhalen, als in een ritme, en neem er dan kleine stukjes af, maak ze vager, en voeg dan andere kleine stukjes toe om ze te veranderen, om zo te gaan cirkelen door te verminderen. Maak dan heel voorzichtig contact met andere cirkels door het cirkelen, en cirkel daar ook omheen. Juist als je ergens vast begint te raken kun je er andere cirkels bij halen die helpen te minderen en cirkelen. Als de ene cirkel niet werkt, probeer dan een andere cirkel. Het zijn als radertjes die elkaar in werking moeten zetten, en soms heb je eerst een tussenradertje nodig om twee radertjes met elkaar te verbinden. Hoofdstuk 17. Vur-principes van de Literatuur In die zin mag er een literaire ontwaking en wedergeboorte plaatsvinden. De gnosis bestaat uit literaire structuren en patronen om het veilig te houden. Het is als een literaire dans. De ziel van de mens vindt dus veiligheid en bestemming in de boeken, in de literatuur, wat ook de boodschap is van het eeuwig evangelie. Zo heeft de ziel dus een huis, een woning, en mag de mens ook langzaam dit huis leren kennen, zoals beschreven wordt in het Medusa verhaal in de tweede bijbel. In de Vur is er een kortere versie te vinden van het Medusa verhaal, en daar wordt zij Hannah genoemd, in boek 71. Het Medusa verhaal gaat over de hogere ontwaking. Dit gebeurt symbolisch door een pijl die door het hoofd wordt geschoten. Zo leert de mens dan ook het literaire huis ontdekken. Voor hen die in de hogere gnosis zijn aangekomen is dit verhaal een belangrijk zwaartepunt, waar hun leven om draait. Het halveren en cirkelen is een zoekproces om tot natuurlijke, zingevende verbindingen te komen, wat symbiose wordt genoemd, ook als onderdeel van de literatuur :
654 Online Touch Home