volhoudingsvermogen ontwikkelen, maar zoals we al zagen mag het volhouden niet teveel plaatsvinden, maar met mate. De wachtende moet namelijk in de honger aan zichzelf sterven. In de zesde, laatste lijn van het hexagram, de bovenste, verliest de wachtende het, en valt de wachtende in de afgrond, maar dit is om drie helpers te ontmoeten. De zesde hexagram is de SNG. Dit is het hexagram van conflict. Iedereen die op de tocht door de onderwereld, door de grotere wereld, door dit hexagram gaat krijgt hier te maken met oppositie en belemmering, met grote restrictie. Hier raak je vast. Hier moet de initiaat voorzichtigheid leren. Er is een pad, maar het vereist inspanning. De mens moet niet zomaar rivieren oversteken. Je moet hier het einde dus loslaten, en niet het hele pad gaan. Je moet halverwege stoppen en niet je zin of wil doordrijven. Je moet jezelf een halt toeroepen. Je moet het begin overdenken. In de zesde hexagram van het conflict is er afzondering die roddel veroorzaakt en verwonding brengt tot de mens. De tweede lijn zorgt ervoor dat men ophoudt met het gevecht en terugkeert naar huis. Dit is voor bescherming. De mens kan het gevecht niet aan, en onderwerpt zich uiteindelijk aan het noodlot. De mens trekt zich terug van alle gevechten die gaande zijn. Hij verandert hierdoor. Alle beloningen worden uiteindelijk weer weggenomen. De zevende hexagram is het leger. De mens moet het leger bouwen en goed ordenen. De bron zal het drievoudig decoreren, verfijnen. In de vierde lijn trekt het leger zich terug. In de zesde lijn moet de bron het leger leiden, en moet het leger gezuiverd worden. De mens moet niet denken dat zijn overwinningen hem groot maken. Hij moet halverwege stoppen, nooit tot het einde gaan. Het einde is groot bedrog. Hij moet terug naar het begin. Hij moet teruggaan tot de kinderlijke dwaasheid. Halverwege wordt alles afgebroken. Het einde zal nooit behaald worden. Er zijn namelijk “missing links”. Het moet terug naar het begin en dan moet er een andere richting opgeslagen worden, een ander pad. Dat is wat de I-Tjing leert, om ons te beschermen tegen het loerende kwaad, de valse misleiders, de protsers, de posers, de trotsen. Het leven is niet de bedoeling om een leger te bouwen en te overwinnen om overal de held uit te hangen. Neen, het leger moet vanuit het verborgene voortkomen. Dit is ook de boodschap van het kruis. Dit is en blijft een belangrijke boodschap. In de I-Tjing krijgt dit diepte. De achtste hexagram is PI, de Eenheid. Maar die eenheid moet ge-reorganiseerd worden. In de eerste lijn zoekt de mens contact met iets of iemand. Door eerlijkheid zal dit slagen. In de tweede lijn gaan er dingen mis met de contacten, maar dat moet de mens aanzetten om de dingen van binnen te zoeken, de contacten met de hogere wereld. Hiertoe is alle afzondering ingezet. In de derde lijn zoekt de mens contact met degenen waar geen contact mee gezocht moet worden. In de vierde lijn wordt de mens gedwongen contact te zoeken met zijn hogere zelf, zijn ware identiteit. In de vijfde lijn zien we de mens alleen maar in drie richtingen gaan, maar niet de voorste. Alles wat voor hem is gaat dan aan zijn zicht ontsnappen. In de zesde lijn zien we dat er niemand wordt gevonden die alles bij elkaar houdt. We zien hier de mens naar contact zoeken, terwijl hij de eerste stap aan zijn laars lapt. Het zal niet slagen. De mens moet eerst terug naar het begin. In de negende hexagram, in de eerste lijn, moet de mens terugkeren tot het pad. In de tweede lijn zien we dat ook het padook de mens tegemoet komt en meeneemt. Verder in dit hexagram zien we de afscheiding tussen mensen. De mensen zijn te gevaarlijk voor elkaar. De mens moet terugkeren tot de bron. De kar die ze samen bereden is ook gebroken. Dit is de derde lijn, die langzaam zijn macht moet overgeven aan de vierde lijn. De vierde lijn is het terugdringen van het overmatige geweld (ninja overmoed).
78 Online Touch Home