een geluid als het gedruis van vele wateren en de aarde straalde vanwege zijn heerlijkheid. 4En de heerlijkheid, kabowd, des Heren ging het huis binnen door de poort die naar het oosten gericht was, 5en de Geest nam mij op en bracht mij naar de binnenste voorhof, en zie, de heerlijkheid, kabowd, des Heren vervulde het huis. Ezechiel 44 4Daarop bracht hij mij naar de Noordpoort, naar de voorkant van het huis; ik zag, zie, de heerlijkheid, kabowd, des Heren vervulde het huis des Heren; en ik viel op mijn aangezicht. De kabowd is in het Hebreeuws ook het hemelse hart, de ziel, de glorie die dood is tot de zonde, niet reageert, zoals de Johannes brief ook stelt dat zij die uit God geboren zijn niet zondigen : I Johannes 5 18Wij weten, dat een ieder, die uit God geboren is, niet zondigt; want Hij, die uit God geboren werd, bewaart hem, en de boze heeft geen vat op hem. 19Wij weten, dat wij uit God zijn en de gehele wereld in het boze ligt. We zien in Ezechiel dus dat Qebhet, de dochter van Anubis, datgene was waarmee een mens werd gevuld, na de dood van het ego. Het is het zeewater van de onderwereld wat de mens beschermt tegen parasieten. Zo werd de dode uiteindelijk gemummificeerd en kon zijn ziel waarlijk vrij worden. Anubis werkt dus niet buiten zijn dochter om. Het is het zaad van Anubis, het zaad van de onderwereld, wat verbinding maakt met de hemel, met sjoe. In het Hebreeuws is de hemel shamayim, als het zaad van Sjoe. Sjoe kwam dus tot mij in de vorm van een grote arend, in de droom waarin ik bij de zee van het balsemen stond met Qebhet. Hoofdstuk 59. De voorchristelijke krst in de Egyptologie Jn-p oftewel Anubis, de zwarte hond, moest Aser, Osiris, balsemen en mummificeren. Osiris werd in die zin de krst, karast, genoemd, de gebalsemde en gemummificeerde, de ingewikkelde, en dit was de voorloper van de Griekse kristos, christus in het westen. Er was dus al een Egyptische krst. Jn-p, de zwarte hond, moest de karast, krst, dus voorbereiden, zoals jn (Johannes) de pw, waterput in het Egyptisch (doper). Jn-pw was de voorloper van Johannes de Doper, die voor krst de weg moest bereiden. Omdat kristos dus eigenlijk de gemummificeerde Osiris was zei kristos ook van zichzelf dat hij niets kon doen vanuit zichzelf, maar god deed alles door hem heen. De krst-mummie was een beeld van de opstanding. Alleen zo kon de ziel verder. De ziel kon zo het vorige leven loslaten. Het was dus ook een beeld van de opname. Zoals jn-p, Anubis, riep in de wildernis, zo was ook Johannes de Doper een roepende in de wildernis. De wildernis staat voor het verborgene, de opslagplaats, de lever (kabowd), de reserve plaats, waarvan ook de hond een beeld is. In het meer van vuur moet de ziel op zoek gaan naar de rivier van het leven, wat een rivier is van balseming, om zo zelf een karast, krst, te worden, een gebalsemde, en ook een jn-p, een balsemer. Ook moet de ziel op zoek gaan naar de veerboot in de wolken. Ik heb ook dromen gehad over deze
803 Online Touch Home