De afgrond mag zo worden tot een waterput, tot een wijngaard, zoals hexagram 29 laat zien. Dit is als het komen tot de put van vrouw Holle, van Hel, die samen met haar wolf de Germaanse gids van de onderwereld was, en waar ook het woord "Holland" van komt. De Waterput is ook een afzonderlijke hexagram in de I Ching om te laten zien hoe dit werkt, hoe de waterput aangelegd kan worden. Dit is een andere kern-hexagram, hexagram 48. In de eerste dynamiek van deze hexagram, de eerste lijn, is de put nog modderig, wat een beeld is van vertraging. Alles moet eerst in de heilige en eeuwige vertraging komen, zodat alle overmoed afsterft. In de tweede lijn zit er een lek in de put, zodat het water wegstroomt, en nooit echt op kan komen. Dat kan heel frustrerend zijn, maar het lek staat juist voor een dynamiek die nog ontbreekt. Daarom heeft het lek aandacht nodig. Ook is het lek een beeld van de demonologie : eerst moet het giftige water wegstromen. Het water moet eerst zuiver worden. Het lek is er dus voor je eigen bescherming. Je moet eerst de leegte in, zodat het ware water op kan komen. Eerst moet de mens de diepte in. In de derde lijn is de put gezuiverd en hersteld, en is zo klaar voor gebruik, maar niemand neemt ervan. Dit duidt op een positie van grote afzondering. Eerst moet je zelf gebruik leren maken van de waterput. Niemand mag de bron vervuilen. Het gaat om jou en de bron. In de vierde lijn verfijn je de waterput nog meer. Je blijft werken aan de waterput om het nog beter te maken. Niemand kan je tegenhouden. In de vijfde lijn is de waterput op de juiste, centrale plaats. Het water is koud en vers, en anderen kunnen ervan drinken, als een eerste stap tot de buitenwereld. Dit mag niet overdreven worden. Richt je op de eerste verbindingen en laat de rest rusten. Zoek het grote en massale niet op. In de zesde lijn is de waterput in volle glorie die kan schenken en ontvangen, en grote menigtes kan ondersteunen. Het is een vol systeem, zeer verfijnd, en het begint routine te worden. Alles gaat automatisch. De mens wordt in deze hexagram, de Ching, uit de afgrond getrokken, zoals Noach uit de zondvloed werd getrokken en tot de wijngaard werd geleid. De Zuiderzee wordt tot een waterput, tot een wijnvat. Het is een zoute natuurbron om het hart van de mens te genezen. In de zesde lijn van de vorige hexagram die we bespraken, de afgrond, zagen we een gebondende in de doornenstruiken voor drie jaar, als onderdeel van het mechanisme van de afgrond, en in de vierde lijn kwam er wijn op vanuit de afgrond. Dit kwam dus terug in het christendom als Jezus die de doornenkroon droeg en wijn met gal te drinken kreeg om zijn pijn te verlichten. Jezus was in de afgrond van de dood voor drie dagen, wat metaforisch is. Zo is er een overgang van de afgrond tot de waterput, tot de wijngaard. Dit is ook een heel apocalyptisch tafereel. Zowel in de Germaanse als in de Egyptische mythologie leidt de wolf door de onderwereld, tot de wijngaard. Dit is wat het pasen doet. Zo mag de mens ook verbonden worden met de wijnstok en worden tot een wijnstok door het pasen heen, zoals in het christendom. Dit is iets heel metaforisch. Noach beelde het watergraf uit en kwam zo tot de wijngaard. In het oude Egypte was de wijn verbonden aan de wet. Daarom is wijn en vreugde onlosmakelijk verbonden aan inzicht, wat ook de I Ching stelt. Dit is als het beest komende uit de zee, uit het moeras, een beest met meerdere koppen. Even later zien we in Openbaring het beest met meerdere koppen bereden worden door een vrouw, als Nut die laat zien dat haar baarmoeder een beest is waardoor de mens een reis moet
86 Online Touch Home