Contact met God is in dit land verboden. Je mag geen charismatische gaven hebben in dit land. De vervolging is hier ten top gestegen. De denk en droom politie is gekomen, zoals George Orwell voorspelde. Het is een geestelijke burgeroorlog. Wij pikken dit niet. Een dier en een kind hebben net zoveel bestaansrecht als een volwassene. Leer de demonologie. Leer wat bezetenheid is. Dit volk is bezeten. In het pastoraat leer je anderen vrij te zetten. Je komt in het pastoraat door jezelf vrij te zetten. Dit gaat door studie en contact met God, met de gnosis. Dit gaat door onderzoek, niet door vooroordelen. De psychiatrie is gebouwd op vooroordelen. Vooroordelen zijn voordelen voor de psychiatrie. Wie ben je in de geestelijke burgeroorlog ? Nazi, nsb of verzetsstrijder ? Kom tot het verzet. God, de gnosis, ziet alles, en maakt van alles notities. God weet het en kent ieder mens door en door, en ieder mens zal persoonlijk verantwoording dragen voor zijn woorden en daden. Is het dan niet beter dat wij vervuld zijn met God, met de gnosis ? Het vlees is gevaarlijk, want het verstoord onze relatie met God, de gnosis, en misleid ons. Daarom moet de mens terugkeren tot het geestelijke. Kom los van je vlees verslavingen. Het vleselijke kan namelijk het geestelijke niet begrijpen. Als de psychiatrie door haar vleselijkheid iets niet begrijpt komt de psychiatrie direct met haar grote etikettendoos. Het zijn gevaarlijke mensen. Ze willen niet met vragen leven, niet met onderzoek, maar met snelle, laffe zelfovertuiging, zeer gemakszuchtig. 'Oh, Henk, we begrijpen iets niet. Haal even de etikettendoos erbij, dan zijn we er weer vanaf.' Het is een boeren echtpaar. Te boers om een eerlijk en integer gesprek mee te hebben. Je trekt altijd aan het kortste eind. In de tweede bijbel staat hierover een verhaal genaamd : De Dropping De Dropping Ze kon de zwarte auto herinneren waarmee ze was ontvoerd. Het kwam telkens terug in haar gedachten. Het verleden was een schaduw die haar achtervolgde, stalkte, altijd weer. Ze kwam maar niet los. Het was als een watermerk in haar leven. Het was ook niet weg te krijgen. Dagelijks dacht ze eraan en dagelijks vocht ze ertegen. Ze namen haar naar het bos, naar een buurthuis, midden in de nacht, en daar moest ze allerlei karweitjes doen. Wat erna gebeurde kon ze zich niet meer herinneren. Alles werd zwart voor haar ogen. Het was uiteindelijk een witte auto die haar vrijzette, maar ze vertrouwde het niet. Ze deden zich voor als haar bevrijders, maar ze had altijd het gevoel dat ze samenwerkten met hen van de zwarte auto. Het was niet echt een auto, maar meer een klein busje. Dat gold ook voor de witte auto. 'Ze zijn niet goed snik,' dacht ze altijd. Er was nooit een zaak van gekomen. De criminelen waren nooit berecht. Ze kon er niet over praten. Ze had het een keer aan iemand verteld, maar die geloofde haar niet. Die dacht dat het een dropping geweest moest zijn. Ze is toen enorm aan haarzelf gaan twijfelen. Ze had het eens nagevraagd aan mensen, en het bleek dat er wel vaak soortgelijke droppings werden georganiseerd. De zwarte auto's namen mensen geblinddoekt mee naar een onbekende plaats, waar ze werden gedumpt. Dan moesten ze hun weg naar huis vinden, alleen of in een groep, en als ze dan te ver afdwaalden en hun weg niet meer konden vinden, dan waren er de witte auto's om hen naar
114 Online Touch Home