117

'Wat is dat voor belachelijk gedoe,' zei de vriendin van het meisje. 'De regels van de dropping,' zei de boerin. 'Welke dropping ?' vroeg het meisje. 'We hebben helemaal nooit aan een dropping meegedaan. Het lijkt wel alsof we ertoe gedwongen waren.' 'Laten we even ter zake komen,' zei de boerin. 'Of jullie eten en drinken nu, of jullie vertrekken nu weer, want ik heb geen zin om nog langer mijn tijd te verdoen met jullie.' 'U eerst,' zei het meisje. De boerin keek beledigd naar het meisje. 'Wat nou : u eerst ? Ik ben hier in mijn eigen huis, en ik laat me niet commanderen door één of andere snotaap. Drink en eet nu, of vertrek.' 'Goed,' zei het meisje boos, en begon van de koek te eten en van de thee te drinken, en haar vriendin ook. 'Nu kunnen we zaken doen,' zei de boerin. Snel vielen de meisjes in slaap. 'Ze zullen elkaar niet meer herinneren,' zei de boerin. Ze werden beiden op een bed in aparte kamers gelegd, en na een tijdje stopte er een witte auto bij de boerderij, die kwam om het meisje mee te nemen. Na ongeveer een kwartier kwam er een tweede witte auto die de vriendin van het meisje mee zouden nemen. Het meisje werd wakker in de witte auto. 'Waar ben ik ?' vroeg het meisje. Een man in een wit pak zei : 'We vonden je ergens slapend in het bos. Was jij van de dropping ?' 'Ik weet het niet meer,' zei het meisje. 'Ik weet helemaal niets.' 'Denk goed na,' zei de man in het witte pak. 'Volgens mij moest ik karweitjes doen in het buurthuis, en ben ik toen gevlucht, en toen vonden jullie mij,' zei het meisje. 'Het begon allemaal toen ik ontvoerd werd in een zwarte auto.' 'Weet je ook door wie ?' vroeg de man in het witte pak. 'Nee,' zei het meisje. Ergens dichtbij haar huis zette de witte auto haar af. Toen liep ze verder alleen naar huis. Op haar kamer was het een enorme rotzooi. Op het bureau lag het boek over de uit de hand gelopen dropping. Ook lag er een kaart van haar vriendin in het boek als een boekenlegger. Op het kaartje stond : 'Ik ben zo blij dat we elkaar hebben gevonden.' Daaronder stond haar naam en adres. 'Wie is dat ?' vroeg het meisje zich af. Het leek een waas in haar geheugen te zijn. Ze kon haar nieuwsgierigheid niet meer bedwingen, en ging direct met de kaart naar het adres toe, maar er woonde een oud echtpaar. Het meisje liet de kaart aan het echtpaar zien, maar ze schudden het hoofd. 'Die woont hier allang niet meer,' zei de vrouw. 'Die woonde hier voordat wij hier woonden, maar toen zij was verongelukt ging het gezin verhuizen.' De rillingen gleden door het meisje heen. 'Misschien is het een hele oude kaart dan,' zei het meisje.

118 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication