278

Er is geen God. Zij bedrijven gruwelijke en afschuwelijke misdaden, niemand is er, die goed doet. In het Hebreeuws is dit een stuk genuanceerder. In het Hebreeuws zegt de dwaas in feite : Er is geen kruis, er zijn geen geestelijke gaven. Met andere woorden : de dwazen zijn de vleselijken, maar zij hebben gewoon hun eigen goden. In het Hebreeuws komt het er in feite op neer dat de dwaas zegt : er is geen hemels maaksel of nieuwe schepping. En dat komt omdat de dwazen van het ongeschapene zijn, oftewel het zaad. Dit zaad moet namelijk nog gebruikt worden voor de schepping, en dat kan alleen als dit zaad gezaaid wordt en sterft. 2 De Here ziet neder uit de hemel op de mensenkinderen, om te zien, of er één verstandig is, één, die God zoekt. Dit is de ware uitverkiezing, want het gaat om de mens die God kiest, oftewel het goede, de geestelijke gaven. Niet God kiest de mens uit, maar de mens kiest God uit. En God neemt hen op die hun hart hebben geopend voor de hemelse kennis. 3 Allen zijn zij afgeweken, tezamen ontaard; er is niemand die goed doet, zelfs niet één. De mens is hier nog zo vleselijk dat er nog geen sprake is van een schepping. De mens is nog zaad, en al het zaad is afgeweken, omdat dat de eigenschap is van zaad. Het heeft geen richting. Het moet namelijk nog gezaaid worden en sterven. 4 Hebben zij dan geen kennis, al die bedrijvers van ongerechtigheid, die mijn volk opeten, als aten zij brood? De Here roepen zij niet aan. Het zaad heeft geen kennis. Het zaad is onwetend. Het zaad is vleselijk. 5 Daar overvalt hen de schrik, want God is bij het rechtvaardig geslacht. Ook Paulus was nog zaad en had toen een Damascus ervaring, en toen veranderde zijn leven, kreeg het richting. Wel moest dit nog verdiept worden. 6 Het voornemen van de ellendige kunt gij wel beschamen, maar de Here is zijn toevlucht. Er is niets wat een mens kan doen tegen het kruis, maar de mens kan het wel verdiepen, en aanvaarden, opdat het de innerlijke wijsheid aanboort. 7 Och, dat uit Sion Israëls redding daagde. Als de Here een keer brengt in het lot van zijn volk, dan zal Jakob juichen, Israël zich verheugen. Het kruis brengt vanzelf vreugde voort, door geduld. Er zijn vele vruchten van het kruis, in volharding.

279 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication