411

7 De stad komt nooit meer terug, De weg zal nooit getoond worden 8 Ik zag hen torens bouwen tot de stad, Maar aan hen wordt niet gedacht 9 Ik zag hen diepe gaten graven tot de stad, Maar zij vonden het niet, De stad was gehuld in een mysterie, De stad was een bloem En dan gaat het om het belang van toetsen, dus we mogen nooit luie dromers worden. Houd het dromerig, maar blijf wel toetsen en onderzoeken. Boek 89 heeft vele parallellen met het eerste boek van de Vur. Ook in het eerste boek is het thema onbereikbaarheid en onverklaarbaarheid. Maar dan moeten we de natuur de kans geven en verwachten. De lelie heeft geen haast. Eerst moeten er voldoende wortels zijn, anders kan men niet naar boven groeien. De natuur houdt met alles rekening. Daarom is het vak naturologie zo belangrijk in de school van de vur, in de school van het kruis. Vers 13 zegt : Niemand kan deze vrouw begrijpen, Niemand kan haar voetstappen volgen, Ze vagen gemakkelijk weg in de nacht, Ze vagen gemakkelijk weg in het zand En dan : 14 Wilde rozen groeien rondom het paradijs, Niemand kan binnenkomen 15 Alleen de orkaan kan haar weg er doorheen vinden, Klaar om steden in te nemen, Zij breekt het glas, En dan is alles brandende, Zij is de slager van de herinnering 16 Ik herinner het schip, Het schip waarmee ze mij oppikte, Zij is een lied in mijn hoofd We zien hier hoe het is gaan branden, en hoe het leidt tot het schip, wat een een beeld is van de lelie die boven het water is uitgegroeid, als de boom geplant aan waterstromen. Er is behoudenis in de boom, oftewel in de volharding aan het kruis. 21 De geschiedenis steekt, Ik kan niet over deze berg komen, Maar in mijn dromen kan ik het 22 Ik kan beter mijn dagboeken verbranden, Maar deze herinneringen gaan niet weg, Je hebt me te diep gestoken, Op hoge paarden rijdt je, Oh, wanneer ik je geheimen ken

412 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication