451

lied. Ze komen op televisie om hun liederen te zingen, en er valt geen speld tussen te krijgen. Dit is het. En dan zijn ze weer weg. Het zijn kunstenaren. Ze leven langs alles heen, en dat is maar goed ook. Ze hebben hun eigen wereld, hun eigen regels. Ze hebben niks te maken met de regels van mensen. De mensen drijven elkaar totaal gek met hun gedoe. Maar dan mag je vluchten tot de vur, tot de natuur, die veel hoger is dan de mensen. Wat is een mens ? Een zucht. Het is een groot kruis, die mens. Ik kan me geen belachelijkere vertoning indenken dan de mens. Ik ben liever bij de dieren en bij de planten. Ik ben liever bij de verhalen, en dan is er nog weleens een hemels wonder dat het kruist met de mensenwereld, maar zijn wij mensen ? De mens is slechts een beeld ergens van, een metafoor. Het zit allemaal veel dieper. De belachelijke mens die maar niet wil leren. Grote schrokken, grote brokken, Billie en Bessie Turf, altijd maar meer, en het stopt nooit. Als je denkt dat ze veranderd zijn zit er altijd wel weer een addertje ergens onder het gras. Pas maar op. Bouw als een spin, zorgvuldig je webben. Wees gevoelig als de prinses op de erwt. Dan pas ben je een echte prinses of prins. Wat heeft de mens zichzelf toch bedrogen. Je komt er niet doorheen met de mensen. Tegen leugens kun je niet op. Er moet veel meer gebeuren. De mens moet het ergens anders vandaan halen. Je kijkt naar de mens en ziet dat het een karikatuur ergens van is. Diep, diep in de nacht, daar verdraaid alles zich. Daar is het kruis, en dan draait alles om je heen. Zoveel gezichten die willen eten, veel eten, veel liegen. Het is een karikatuur ergens van. In de hongerkern begint alles te draaien. En je draait zelf ook. Je wordt in een storm opgenomen. Zij luisteren niet naar het geestelijke. Jij luistert niet naar het vleselijke. Zij willen meer, jij wil minder. Hoe meer zij willen, hoe minder jij wil. Het is een soort rem. En remmen hebben we nodig, anders vliegen we uit de bocht. Denk je eens in als we geen remmen zouden hebben. 'Wat een spelbreker,' zeggen we dan als een mens ons een oor heeft aangenaaid, ons heeft bedrogen of misschien zelfs gekruisigd. Soms hebben we dan het gevoel dat we helemaal terug naar start moeten, of dat we niet eens meer leven door die persoon. Maar je weet dan diep van binnen, dat het een rem is, en een wisselspoor, want je wordt zo wel op het rechte en diepere pad geduwd, een beter plan. Het is natuurlijk niet goed te praten, en we mogen er niet te gemakkelijk over denken, vooral ook niet als een ander het overkomt, want mensen zijn daar ook nogal goed in. Mensen nemen elkaar vaak niet serieus, zijn egocentrisch, onverschillig, zodra het om andermans leed gaat, en dan meten ze ineens met een hele andere maat. Maar alle dingen zullen medewerken ten goede. Soms zie je het niet, en overzie je het niet, maar het is wel zo. Dunne draden tussen de dingen, heel dun. Soms denk je dat niemand je verstaat, terwijl je al zo lang roept. Er is maar een hele dunne draad en vaak zien we die niet. Er wordt op ons gelet. We zijn ergens aan verbonden. Met een dunne draad. Dikker zou fataal zijn. Het verdunt, het hongert, opdat de andere werelden doorkomen. En mensen zijn ook zo laf. Ja, het is lafheid om altijd maar met mensen om te gaan, alhoewel er kruispunten mogen zijn. In een spinnenweb zijn ook kruispunten, maar niks is overmatig. Je balanceert op een dun draad. Durf voor jezelf op te komen, en durf het goede te spreken. Laat de mensen om je heen weten dat je niet besmet wil raken. We zijn allemaal zo bang voor besmettelijke lichamelijke ziektes, maar wat over de besmettelijke geestelijke ziektes, de zonden ? Dat kan ook een grote ramp betekenen als we overal zomaar inspringen. 'Kijk daar staat weer een karretje. Hup naar binnen. Lang leve de lol.' Maar vraag je eerst maar eens af van wie het karretje is en waar het naartoe gaat. Onderzoek eerst maar eens waar het karretje vandaan komt. Als je iets moois hebt gevonden, met wie wil je het delen ? Waarom paarlen voor de zwijnen werpen, waarom je schuilplaats verraden ? Als je een nieuwe wereld hebt gevonden na het vele bruggen bouwen, waarom dan teruggaan ? Heb je niet genoeg sporen achtergelaten ? Moet het dan niet gewoon een keer afgelopen zijn ? Laat het een draadje zo dun zijn als spinnendraad wat je hebt achtergelaten, wat jou nog met de oude wereld verbindt.

452 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication