krijgsgevangenen huwelijken. Er was geen sprake van natuurlijke selectie, maar van oorlogs selectie, en de mens werd tot koopwaar. Toch waren dit ook hemelse beelden. 14 Daarom zal Ik een vuur aansteken in den muur van Rabba, dat zal haar paleizen verteren; met een gejuich ten dage des strijds, met een onweder ten dage des wervelwinds. 15 En hunlieder koning zal gaan in de gevangenis, hij en zijn vorsten te zamen, zegt de Heer. Vertering is in de Hebreeuwse taal een zinnebeeld van de honger. Het vlees wat onder de voet van God's oordeel wordt geplaatst wordt met gejoel omsingeld, en zal dan in gevangenschap gaan, om zo uitgehongerd te worden door het geestelijke. Het vlees moet dus bespot worden en het vlees moet uitgehongerd worden, anders zal het vlees blijven regeren. Uithongeren is een zinnebeeld van het ontbloten, oftewel van het kennen van het verborgene, het ontmaskeren en openbaren, als onderdeel van de demonologie. Amos 2 2 Daarom zal Ik een vuur in Moab zenden, dat zal de paleizen van Kerioth verteren; en Moab zal sterven met groot gedruis, met gejuich, met geluid der bazuin. 3 En Ik zal den rechter uit het midden van haar uitroeien; en al haar vorsten zal Ik met hem doden, zegt de HEERE. A.S. Timmer stelt dat dit ten gevolge van grafschennis is. Moab zal ten onder gaan in oorlogsgeweld. 5 Daarom zal Ik een vuur in Juda zenden, dat zal Jeruzalems paleizen verteren. A.S. Timmer stelt dat het oorlogsvuur over Juda wordt gebracht, zodat Jeruzalem ten onder gaat. We kunnen stellen dat het hier ook om een oorlogskruis gaat. A.S. Timmer legt dan de nadruk op het volk Israel waarvan de aanzienlijken de armen onderdrukken. Rechters laten zich door geld omkopen om een rechtvaardige te veroordelen en rijken verkopen armen als slaven. Ze doen er alles voor om de arme, hongerende man onder het stof van de aarde te brengen. Ze leiden de weg van de zachtmoedige naar moeite en verdriet, zegt A.S. Timmer. Het leven bestaat uit losse flarden en fragementen waardoor de diepere betekenissen en verbanden zijn gemaskerd. Vandaar dat de mens terug geleid moet worden tot de ontmaskering, waarvan de ontbloting een beeld is, wat op zich erg cru kan zijn, zoals in het verhaal van Jezus, wat overigens uit het OT komt, want dit overkwam David ook al, en we zien het ook gebeuren in het boek Amos als Amos het over de ontbloting van de armen heeft. 6 Alzo zegt de Heer : Om drie overtredingen van Israël, en om vier zal Ik dat niet afwenden; omdat zij den rechtvaardige voor geld verkopen, en den nooddruftige om een paar schoenen. 7 Die er naar hijgen, dat het stof der aarde op het hoofd der armen zij, en den weg der zachtmoedigen verkeren; en de man en zijn vader gaan tot een jonge dochter om Mijn heiligen Naam te ontheiligen. 8 En zij leggen zich neder bij elk altaar op de verpande klederen, en drinken den wijn der geboeten in het huis van hun goden. De aanzienlijken wilden de klederen niet meer aan de armen teruggeven, zegt A.S. Timmers. We kunnen stellen dat ze dobbelden over de klederen, zoals ze dat over de klederen van David en Jezus deden. Waarom ? De arme moest immers tot zowel de honger, de aarde, als de ontbloting geleid worden, als een beeld van de openbaring. Zo zou de arme weer profetisch kunnen leven, geleid door de wildernis instincten. De aanzienlijke werd dus door de Heer als gesel gebruikt, maar de aanzienlijke zou hieraan zelf ook niet ontkomen, want zij waren zelf ook een masker van deze dingen. Het raadsel moest dus nog van elkaar afgebroken worden in abstracties en dan opnieuw aan
558 Online Touch Home