580

We hebben het hier over de sleutelmacht. Een paar verzen daarna noemt diezelfde Jezus Petrus satan. Dat is dan het komische, dualistische en ironische van de bijbel, zoals het gehele leven ironisch is. Vanuit het Israelitische en ook Egyptische gedachtengoed was dit heel normaal. Ook God veranderde rustig in de satan om het volk te beproeven, te weerstaan, vandaar dat de satan in zowel Israel als Egypte niet noodzakelijk het kwade is, maar gewoon de tester. Maar nu gaat het nog mooier worden. Ik werd vanochtend wakker en de hemelse kennis daalde op mij neer, en ik huilde. God sprak tegen mij : Open het dagboek wat je op het college had, en lees de tekst voor vandaag. Dat was waarom de hemelse huilbui over me kwam. Ik kon al voelen waarover het zou gaan. En ik las : Jeruzalem, Jeruzalem, U doodt de profeten en stenigt de mannen die God u gestuurd heeft. Hoe dikwijls heb ik uw kinderen niet willen verzamelen zoals een hen haar kuikens bijeenbrengt onder haar vleugels. Maar u hebt niet gewild – Matteus 23 vers 37. Dit boekje werd altijd gebruikt voor de dagopening, en dan is het commentaar erop dat Vader kwartel het soms wel moeilijk had met zijn ongezellige gade, maar dat hij zich gewoon in zijn lot schikte. De kinderen schoten telkens weg uit vader's bewaking, en amuseerden henzelf, glijdend en glibberend over grote stenen. Plotseling maakt de moeder zich breed : 'Hup, jongens, binnenkomen. Er dreigt gevaar.' Vader kwartel maakt zich zo druk met het volbrengen van zijn beschermende taak. Eindelijk zijn dan de kinderen veilig beschermd onder moeder. Zo zegt Jezus dat God zijn kinderen wil beschermen. Hij stuurt bewakers tegen het gevaar : profeten. En wat doet Gods volk ? Die profeten doodslaan. De commentator eindigt dan te zeggen dat het best eens goed zou zijn om naar de vogels te kijken. Ik haalde adem. Ik had het al gevoeld voordat ik het las. In mijn hemelse huilbui zei ik al 'Ja, ja, dit is het,' voordat ik het al had gelezen, voordat ik ook maar zelfs het dagboek had opengeslagen. Ik kon het voelen. Ook Jezus had eens zo'n hemelse huilbui. Alle daags heette het boekje trouwens, bijbels dagboek voor tieners. Ik lees er soms weleens wat in, en dan denk ik weer terug aan de dagen van het college. Maar ik zei : Het gaat nog mooier worden. We hadden het over de Petrus tekst. Petrus betekende in de Aramese tekst ook het hemelse, gelouterde geld, het gelouterde goud, het sieraad. Dit is dus beproefd geld. Je kunt niet zomaar meer met geld iets kopen (want corona is gekomen). Alles moet beproefd zijn. Je kunt je niet zomaar meer mooi maken met kleding en make up, want het moet beproefd zijn. Meisjes willen zich mooi maken in de stad. Ze doen make up op, zoeken hun kleren zorgvuldig uit, en daar gaan ze dan, mooi lopen doen. Maar 'mooi' is een oud Egyptisch woord wat waarheid betekent, beproefde waarheid, oftewel een gefundeerd argument. Denk maar eens aan de weegschaal van Maat of Mooi, de godin van de waarheid, die alles toetste. Je kwam er niet zomaar doorheen. Je kon niet zomaar make up opdoen en denken dat je het voor elkaar had. Neen. Het moest beproefd zijn. Het moest fundament hebben. Dames met make up hebben me daarom nooit echt geinteresseerd. Het enige wat ik eigenlijk altijd in mijn hoofd had waren de natuurvrouwen buiten de samenleving die in de wildernis leefden. Ze droegen pijl en boog, en er zat oorlogsverf op hun lichamen. Als een vrouw dit vandaag de dag op haar lichaam smeert wordt ze uitgelachten. Ze moet namelijk de mammon dienen, het vleselijke geld, en niet het hemelse boetegeld van de geestelijke oorlog. Daarom draagt de vleselijke vrouw ook hoge hakken. Zo kan ze geen oorlog voeren. Is het geen belachelijke vertoning ? Deze vrouw kan niet wegrennen. Grote heupproblemen krijgt ze op die hoge hakken als ze er veel op loopt. Maar kinderen wordt het met de paplepel ingegoten. Maar daar mag je niks van zeggen, want dan zondig je tegen de mammon. De vrouw vandaag is slaaf van de mammon, en daarom is corona gekomen. Daarom : nee, stadse vrouwen hebben mij nooit geinteresseerd, maar indiaanse vrouwen die vrij waren in de wildernis, als beeld

581 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication