Betelgeuse is vele honderden malen groter dan de zon. Het is de grootste ster van Orion, de kern van Orion, een rode superreus genaamd in de astronomie. De naam is Arabisch, yad al-joeza, de yad van de reus. Yad betekent ook het geslachtsdeel, de fallus, in het Hebreeuws, en is ook een woord voor verbinding, verzoening. We hebben het dus over de verzoening van de context, de reus, het communisme. In deze zin moet ook de reus van het ego, van de eenzijdigheid, verslagen worden, zoals metaforisch in het David en Goliath verhaal. David moest hiervoor een prijs betalen metaforisch gezien van vijf stenen in zijn slinger, als vijf sikkels. In de grondteksten wordt de fallus van Goliath afgehakt, en naar Jeruzalem gebracht, wat een beeld is van Betelgeuse, de fallus van de reus. In Numeri ligt de code van het binnengaan van Betelgeuse West. Tussen Oost en Zuid Betelgeuse ligt de enorme Betelgeuse zee die het Oosten van het Westen scheidt. Aan de westkust lopen dronken reuzen die verslagen moeten worden : Haam, Ometan, Sechachmeé en Papo zijn enkele namen van hun leiders. Dit zijn ook fluisterende zeemonsters die zich in de levers van zielen nestelen en werken tot de longen om de zielen zo over te nemen. Deze demonen-orde aan de westkust van Betelgeuse heet de Uvuur. Aan de kust zwemmen ook vele demonische kwallen van een orde genaamd de Ulucht. Zij nestelen zich in de harten van hun slachtoffers en werken zo naar de hersens toe om hun slachtoffers over te nemen. In een droom streed ik met nog iemand anders op een boot tegen deze kwallen. We hadden daarvoor harpoenen en andere lange afstandswapens, ook allerlei laserpistolen, en geweren. Enkele namen van de kwallen-leiders : Lichtus, Draaf, Hoeka, Seks. Hollé, Traaf, Oleng, Patargou, Menes, Henkt, Helft, Hamus, Hifa, Horeng, Ematzau, Plaaf, Polle, Lifang, Joroof, Torf, Torg, Tongel, Tunnel, Pokotscha, Pokotsla, Hemeef, Hemmef, Morgus, Daaf, Taf, Benges, Bengus, Mogorgel, Mogorgol, Lus, Omeng, Helf, Mierv, Slungel, Boos, Bengt, Bevart, Marangel, Katanjou, Patil, Patille, Patong, Tola, Paturf, Haturo, Vamingo, Vaminges, Meveng, Leef, Schei, Kong, Kon, Kondada, Patirsel, Paterv, Minerva, Manerus, Ming, Zoling, Patoeng, Moeng, Relft, Ameft, Hengst, Hotte. 48en dat geld zult gij aan Aäron en zijn zonen geven als het losgeld voor diegenen onder hen, die het getal der Levieten te boven gaan. Aaron is een woord voor inwijding, waarvoor een prijs betaald moet worden. 49Toen nam Mozes het losgeld van degenen die het getal van hen, die door de Levieten waren losgekocht, te boven gingen; Mozes is een woord voor de opname die de verbinding maakt, de verzoening, zoals Mozes de link uitbeeldt tussen Israel en Egypte. Zonder deze basis is er geen inwijding. In die zin horen Mozes en Aaron bij elkaar. 50van de eerstgeborenen der Israëlieten nam hij het geld, duizend driehonderd vijfenzestig sikkels naar de heilige sikkel, Hier wordt het offer, de prijs, geheiligd. 51en Mozes gaf het losgeld aan Aäron en zijn zonen naar het bevel des Heren, zoals de Here aan Mozes geboden had.
15 Online Touch Home