130

vieren. Doet ons dit niet ergens aan denken ? Het Hebreeuwse woord HAKA, hagah, is het grommen van een leeuw als beeld van het mediteren en het verbeelden. HAKAR, oftewel HAGAR, is in het Judaïstische verhaal van Ismaël de Egyptische moeder van Ismaël en haar naam betekent "vlucht". Hagar was een Egyptische slavin die hard werd behandeld door Sarah. Er werd een groot feest aangericht voor Isaac, waarin de slavin Hagar hard moest werken, en haar zoon kwam voor haar op en begon te spotten. Dit werd Sarah teveel en zorgde ervoor dat Hagar en haar zoon de woestijn werden ingezonden, als een beeld van de onderwereld. Spotten kan in het Hebreeuws ook onderscheiden en interpreteren betekenen. De woestijn, de onderwereld, is dan een beeld van het in de diepte gaan om iets te ontmaskeren. Vandaar dat sjamanen dit blijven doen. Natuurlijk is Hagar een Hebreeuws beeld van de Egyptische Aker, die met haar zoon, Ra, rondtrok door de onderwereld. Mozes haalde al zijn verhalen uit Egypte. In het Egyptisch is kracht en sterkte niets anders dan wijsheid, de term BU AQER, wat ook "samenwerken met Aker" betekent, dus net als AKER overal onder komen, oftewel overal "achter komen". Dit is dus ook waar de Egyptische leeuwinnengodin van kracht, Sekhmet, voor staat. Ware kracht is wijsheid. In het Aramees is de wijsheid genoemd "HEKHMET", wat dus vooraf ging aan het Griekse woord "Sophia", de godin van de wijsheid die door de eerste, gnostische christenen werd vereerd. Toen de kerk kwam opzetten werden de meeste gnostische, oftewel esoterische, christenen uitgeroeid. Vandaar dat de kerk ook niet meer echt een moeder heeft, alleen dan misschien nog wat halfgebakken in de Rooms Katholieke kerk. BU AQER is een oud Afrikaans principe van de wijsheid van de diepte. Als BURUKU is zij de Afrikaans-Ghanese godin van de schepping en van de maan. Als BUK is zij de Sudanese de nachtgodin en de riviergodin van de vruchtbaarheid. Zij is de bron van het leven. Bij de indianen van Suriname stond zij bekend als Bakroe. In de buitenaardse Heres-mythe was de wedergeboorte een gebeurtenis aan het begin van de nacht, waar de dag ophield. Het aanbreken van de dag was de stervenservaring. Dit komen we ook tegen in de nachtspeler-poëzie van de Tweede Bijbel, waarin het daglicht een moordenaar is, terwijl de nacht dan tot leven brengt. Wanneer Paulus spreekt over "het spreken over wijsheid bij hen die daarvoor rijp zijn, een wijsheid niet van deze eeuw, niet van de beheersers van deze eeuw, maar als een geheimenis, de verborgen wijsheid," (I Korint. 2:6-7) dan is wijsheid SOPHIA in de Griekse grondtekst, de godin van de eerste gnostische christenen, maar in de originele Aramese grondtekst is dit HEKMET, wat verwijst naar het Egyptische Sekhmet, het Egyptische beeld van de ontwaking (wijsheid en kracht), de dochter en het "oog" van Ra. Nu is het wel zo dat SOPHIA komt van het Aramese "sopiya" (swpy), wijsheid, maar dit heeft Egyptische wortels in sabut, wijsheid, van saub, saup, onderwijzen. De sabu of sapu waren de wolf en jakhals gidsen van de onderwereld, waarvan Anubis de bekendste is. De jakhals is een beeld van de spotter, de imitator, wat ontmaskeren en vertalen betekent, oftewel onderscheiden. De sab (sbau, sep) is de plaats van correctie, het prototype van de gevangenis en de politie. Het is een oud Egyptisch woord voor gerechtigheid. Het is de tester, en leidt terug naar het riet. Sophia leidt ook terug tot het Egyptische "sfi", "mengen om te zuiveren en op te helderen", wat het doel van de esoterie is. De Sophia heeft diepe wortels die helemaal terugleiden tot het diepe Afrika en het buitenaardse Orionse Afrika. De mens moet op de tocht naar de baarmoeder van kennis niet ergens onderweg blijven steken om er een handeltje van te maken. BU AQER betekent wijsheid, kracht EN perfectie. De SA was een onderdeel van de boot van Ra, als de intelligentie en bovennatuurlijke kennis die de wachters van de poorten aansprak en zorgde dat de poorten opengingen. Het is allemaal hetzelfde als de leeuw van Openbaring die de zegels verbreekt, als de manifestatie als "dat wat onder alles is". Het masker zal er dus afgaan. Eeuwenoude muren zullen afgebroken worden. De mens zal teruggaan tot de bron. De druk van het oer wat zo lang afgedekt is gehouden wordt alleen maar groter en groter. Niemand zal het meer kunnen tegenhouden.

131 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication