59

water, wat terugwijst naar de amazone Hiti mythologie. De Hiti amazones leven aan de rivier van de verdrinking. In de Egyptologie is dat de Nijl. De Egyptische prinses die symbolisch als een Hiti functioneerde, als een vroedvrouw, is verbonden aan de Egyptische godin Hathor, de godin van de geboorte. Mozes werd in principe dus gewoon door Hathor opgenomen. Zij nam hem uit het water als de verdronken Osiris die was wedergeboren. In de Egyptologie werd Osiris namelijk gelokt tot een kist, en toen hij erin was werd de kist verzegeld en in de Nijl geworpen. Genesis 6 is een interessante dualiteit. In Genesis 6 worden de nefilim genoemd, reuzen, mannen van naam. In het Aramees zijn de nefilim de ganbara, de Aramese vorm van de IYSH, oftewel een vechtslaaf. Ganbara betekent ook Orion in het Aramees, dus het gaat hier om Orionse, mannelijke slaven. In het Hebreeuws zijn de dochters der mensen de dochters van Adam, de dochters van het rode volk, als een beeld van bloed, in de diepte van de grondtekst. Zo hadden de dochters van Adam dus vechtslaven, en brachten zo nog meer vechtslaven voort. Dit wekte de woede op van de valse god. In Genesis 6 in de diepte van het Hebreeuws gaat het om de mannen van naam, van SHEM, wat in de diepte piercingen betekent, merktekens. Het zijn de door de Amazones gepiercete, gebrandmerkte mannen van Orion, wat al een heel ander beeld geeft. GIBBOWR betekent dat zij jagers waren, dus ook jachtslaven. 1Toen de mensen zich op de aarde begonnen te vermenigvuldigen en hun dochters geboren werden, 2zagen de zonen Gods, dat de dochters der mensen schoon waren, en zij namen zich daaruit vrouwen, wie zij maar verkozen. 3En de Here zeide: Mijn Geest zal niet altoos in de mens blijven, nu zij zich misgaan hebben; hij is vlees; zijn dagen zullen honderd twintig jaar zijn. 4De reuzen, ganbara, Orion, waren in die dagen op de aarde, en ook daarna, toen de zonen Gods tot de dochters der mensen kwamen, en zij hun kinderen baarden; dit zijn de geweldigen uit de voortijd, mannen van naam. Toen kwam de zondvloed, en we zien hier een herhaling van Exodus, want Mozes is in die zin Orion die tot de dochters van Adam ging, het rode volk. Hij werd uit de zondvloed gehaald, zoals Noach, door de Egyptische prinses, de Hiti, Hathor, om zo ingewijd te worden in de Egyptologie. In het Aramees zijn deze dochters nuances, samenhang, bra, brat, waar ook weer de germaanse Bertha Grootvoet uit voortkomt, oftewel de grote diepte, een naam voor de onderwereld, de hel en de aanvoerster van de wilde jacht tijdens het joel-feest, de Germaanse voorloper van het kerstfeest, waarin het kwaad werd verdreven. BRT (barit) is in het Egyptisch een kooi, en een verbond, een contract (barta), van het wortelwoord 'ber', put, uitgang, naar buiten. In het Germaans is Bertha verbonden aan het verborgene. Grote Bertha of Bertha Grootvoet ging op haar wagen door de lucht tijdens het joelfeest en bezocht dan de huizen van de kinderen om een zilveren munt in hun schoen te doen als ze goed waren geweest. Haar volgelingen waren de Berserkers, die bedekt waren met de moeder aarde, of zich hadden geverfd met zwarte verf. Zij waren degenen die aan zichzelf waren gestorven in de aarde, zoals de einherjars die door de Germaanse oorlogsgodinnen genaamd de Walkuren opgenomen waren. De walkuren namen de geselecteerde strijders die hard aan zichzelf gestorven waren mee om hen voor te bereiden op de eindstrijd, de Ragnarok. Het duidt dus op het moment waarop de walkuren een einherjar verkiezen, oftewel het moment waarop ze aankomen in dit geheime ondergrondse gebied doordat ze aan zichzelf zijn afgestorven. Het is het moment dat ze de zilveren munt in hun schoen vinden. Dit is dus de daadwerkelijke opname van Mozes door Hathor, oftewel door de walkuren. Hierom krijgt hij de wet in zich geprint. Dit is dus tegelijkertijd de opname van Noach. Zij worden uit het water genomen, als door zielenvissers. Zo wordt hun aarde, hun bestaan, geschapen, als in een cyclus. Ook de schepping van Adam is als het uit het water nemen. Zij worden dus gestoken door vissperen door de Hiti. Sekhmet is het steken, als Zukki-ma'at, de wet van Zukki. Zukki is de stam die het volk van Ishmael door de woestijn leidde tot het land Nod, wat beschreven wordt in de Bilha. In het boek Zukki :3b-5 staat :

60 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication