man speelde in het water, dat zo zacht en tegelijkertijd vibrerend aanvoelde dat het levensvuur binnenin begon te waaien als nooit tevoren. De Ludipussen vertelden hem dat ze voor hem zouden zorgen. Ze waren zo klein en van zo’n andere energie dat ze gemakkelijk in de man binnen konden komen, en dat moest ook wel, want zo zouden ze ervoor zorgen dat er nooit meer electroden op hem geplaatst werden. De Ludipussen waren de onderdelen van een nieuwe wapenrusting van de man, onderdelen van een geheel nieuw en vrij lichaam. De Ludipussen brachten de man tot hun koning. De koning was blij de man te zien. De man kreeg geheel nieuwe ogen van de koning, en de koning gaf hem de opdracht om over de zee te zwemmen, tot de eilanden van de Ludipussen. De koning wilde namelijk dat de man alle Ludipussen leerde kennen. Nu de man vrij was voelde hij zich goed. Er waren hier prachtige bossen in allerlei kleuren. En door de nieuwe ogen kon hij nu zoveel meer straaltjes zien. De lucht was vol met straaltjes, de straaltjes die hem eens gered hadden. Het was een lange zwemtocht over de prachtige zee. De eilandjes schitterden in de zon, en de man verheugde zich al op de eilandjes. Hier leefden weer hele andere Ludipussen. Op een van de eilanden woonden Ludipussen die op vliegen leken. Er kwamen klanken van hen af die zichtbaar waren als kleurige lichten, en je kon die lichten zelfs voelen. Ze waren heel zacht, en brachten een bepaalde vloeistof voort. De man zag hoe de vloeistoffen in de zee druipten. Het was een prachtig eiland, en de man mocht ritjes maken op hun ruggen, ritjes door de lucht, om zo van eiland tot eiland te gaan. Op een bepaald eiland kreeg de man nieuwe oren waarmee hij een heleboel meer klanken kon horen. Door de nieuwe oren bleek de vloeistof binnen te komen, om hem heel warm van binnen te maken. De man was erg blij met z’n nieuwe oren. Het was alsof hij door een nieuw levensvuur werd omhuld, en al gauw vormden de klanken om hem heen vleugels van druipend licht. Nu kon hij zelf vliegen, en hij ging van eiland tot eiland. Op een ander eiland kreeg hij een nieuwe neus, waar hij zoveel meer geuren mee kon ruiken, en de geuren begonnen een paar extra vleugels erbij te vormen, geheel gemaakt van geuren en vreemde lichten die druipten. De man voelde zich nu als een vlinder, en hij merkte dat hij door een simpele gedachte kon verdwijnen en verschijnen. Was hij nu een toverwezen geworden ? De geuren vormden een heel nieuw patroon om hem heen, en het leek wel alsof hij de geuren diep kon inslikken. Het smaakte heel lekker, en het gaf hem veel zuurstof. De nieuwe geuren vormden ook weer extra klankjes en extra licht, waardoor een nog fijnere en zachtere vloeistof begon te stromen. Op een ander eiland kreeg hij een nieuwe mond waar hij zoveel meer mee kon proeven.
114 Online Touch Home