169

'Ik hoop niet dat het elvenzout zijn kracht verliest,' zei de prins. 'Welnee,' zei de barbaar geruststellend. 'De keten kan niks beginnen.' 'Dat hoop ik maar,' zei de prins. Hij voelde zich nog steeds erg benauwd. 'Het lijkt wel alsof het elvenzout kracht aan het verliezen is. De keten lijkt wakker te zijn, maar is nog steeds te verlamd om me wat aan te doen,' sprak de prins ongerust. 'Welnee,' zei de barbaar. 'Het elvenzout is juist krachtiger geworden. Verlamming is zelfs beter dan slaap.' 'Ja, maar de keten botviert grote woede op mij,' sprak de prins. 'Is er geen beter middel ?' 'Niet dat ik weet,' sprak de barbaar. De prins was in grote angst. Hij vond dat de barbaar maar makkelijk praten had. Rustig peddelde de barbaar door, terwijl de prins vaak stokstijf in het bootje zat. De keten om de nek van de prins begon steeds strakker te zitten. 'Daar, ik zal je,' sprak de keten venijnig. 'Het wurgt me,' zei de prins, terwijl hij naar adem snakte. De barbaar deed weer wat elvenzout op de keten, maar het leek alleen maar erger te worden. 'Zie, het werkt niet,' zei de prins in paniek. Hij greep naar zijn keel, en probeerde wat ruimte te maken tussen hem en de keten. De keten was meedogenloos. De keten kwam strakker en strakker te zitten. Weer werd het zwart voor de ogen van de prins. Hij voelde zich alsof hij zou stikken. Na een tijdje kwam de prins weer bij. Hij kon wat rustiger ademhalen. 'Misschien slaapt de keten weer,' sprak de prins. 'Het went wel,' sprak de barbaar. 'Nee,' zei de prins. 'Het went niet, en ik wil er vanaf.' 'Wees blij dat je nog leeft,' sprak de wachter. 'Ja, maar voor hoe lang ?' zei de prins.

170 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication