De prins zuchtte, en liep door een gordijn een grote gang op die naar een grote trap naar beneden leidde. Snel was de prins buiten het kasteel in de dooiende sneeuw. Nog één keer keek de prins om naar het kasteel, en liep toen in trage pas de kasteel tuin uit. Hij sloot het hek achter zich, en liep richting het dichtstbijzijnde dorp. Hij kende hier niemand. Hij kende dit dorp niet. Hij klopte aan bij de eerste de beste deur. Een vrouw deed open, en hij begon direct zijn verhaal te vertellen. De vrouw sloeg een arm om hem heen, en gaf hem wat te drinken. Tot diep in de nacht waren ze in gesprek. Ze had wel een kamer voor de prins waar hij kon overnachten. Toen hij sliep ging ze naar het dorpsbestuur om mee te delen wat hij had gezegd. Ze wilden hem weer verkopen aan de tovenaar. Gewapend ging het dorpsbestuur naar het huisje van de prins, waar ze hem arresteerden. De tovenaar kon hem weer terugkopen. Maar de drakenspiegel was niet meer wat het geweest was. En de tovenaar begon tekenen van veroudering te vertonen, van zware vergeetachtigheid en dementie. De tovenaar was niet meer wie hij geweest was, en wist op een gegeven moment niet meer wie hij was. Ook dacht hij dat het kasteel een herberg was waar hij verbleef, en dat de prins de herbergier was. Zo kwam het kasteel steeds meer in handen van de prins. Op een dag vertrok de zwaar demente tovenaar weer van het kasteel, omdat hij dacht dat hij slechts op doorreis was. 'Ik zag de Sep, en ik dacht aan jou. Zo'n magische rivier, waaraan mijn kasteel staat. Het rivier-gebied is weer vrij van draken, maar ja, het is wel in de spiegel wereld. Ik blijf aan twee kanten, zoals dromen en ontwaken. Het kwaad kunnen we niet helemaal wegdenken, want we moeten nog wel wat te puzzelen hebben, en het zet ons aan om creatief te zijn. Ik ben blij met mijn kasteel. Elke dag ontdek ik weer nieuwe dingen. Wat komen we van diep, hè ? Liefs, Prins Jagerstouw' 'Saturnus, met je paarse sneeuw, Die diepe slaap brengt telkens weer, Twee sterren in een steen, Met Sirius vormde jij een grote zee, De zee van Eldemor, waarop de aarde slaapt, De sluier van paarse sneeuw die over haar waakt,
212 Online Touch Home