242

Het Sprookjesboek Als de sprookjeskoning scheef ging zitten op zijn troon veranderde altijd het weer. Hij kon de trappen die tot zijn troonzaal leidden door één blik in de vlammen brengen. Niemand durfde daarom tot de sprookjeskoning te komen. Alleen een pad. Op een dag kwam de pad weer binnen. De pad had alle sprookjes van de troon van de sprookjeskoning bedacht. ‘Ik heb wat nieuwe sprookjes voor je,’ zei de pad. ‘Maar ik vertel je ze pas als je je oude sprookjes inlevert, je van je troon afkomt en in oude en versleten klederen als een arme man gaat leven. ‘Ik doe alles voor nieuwe sprookjes,’ zei de sprookjeskoning, en stapte van zijn troon af. Direkt sprong de pad op de troon, en ging zitten. De sprookjeskoning deed wat versleten klederen aan en vertrok. Na vele jaren zocht de pad hem op. De sprookjeskoning leefde in een arm hutje nu, diep in het bos. ‘Ga maar terug naar je troon,’ zei de pad. ‘Maar pas op,’ zei de pad, ‘want soms staat de troon in de brand, en ook de trappen. Je moet het vuur leren kennen, en leren dansen.’ ‘Oh, dat leer ik nooit,’ zei de sprookjeskoning. ‘Vertel me nu die sprookjes maar.’ ‘De sprookjes zijn in de troon,’ zei de pad. ‘Kun jij niet gewoon de nieuwe sprookjeskoning zijn ?’ vroeg de sprookjeskoning. ‘Nee,’ zei de pad. ‘Jij moet het doen.’ De sprookjeskoning durfde bijna niet terug te gaan naar zijn troonzaal. Maar de pad leerde hem precies wanneer en waar het vuur zou zijn. De sprookjeskoning was erg opgelucht toen hij eindelijk op de troon zat. Nu zou het weer niet meer veranderen als de koning scheef zou gaan zitten, maar zodra hij door de sprookjes zou bladeren. Ook zouden de trappen die tot de troonzaal leidden niet meer door een blik in vlammen komen te staan, maar zodra hij het sprookjesboek zou pakken. De sprookjeskoning bedankte de pad voor de nieuwe sprookjes, en na een tijdje vertrok de pad weer.

243 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication