29

'U bent een aardige man, hertog von Brunsga,' zei Berend. 'Veel aardiger en zorgzamer dan uw broers, en minder saai.' Maar na een tijdje hoorden ze geluiden van auto's en busjes buiten. Ze keken uit het raam, en zagen een heel leger van agenten staan. 'Lever de jongen uit !' werd er geroepen. De hertog opende een raampje en riep : 'Geen sprake van. Daar komt helemaal niks van in. Wie denken jullie wel niet wie jullie zijn ?' 'Het gezag !' riep een agent. 'We hebben ordes van hertog von Brunsga !' 'Maar dat ben ik zelf, oelewapper !' riep de hertog. Er werden ramen ingeslagen, en de deur werd ingetrapt. Even later rende een heel leger van agenten naar boven naar de kamer van Berend, waar ze nog steeds waren. De agenten renden op de jongen af, en wilden hem grijpen, maar in één klap veranderde de hertog in een grote massa van grote hyenas. Wel honderden hyenas sprongen op de agenten af, en renden naar beneden om ook de agenten die nog buiten stonden aan te vallen. 'Stop, stop !' riep een agent. 'Dit moet wel hertog von Brunsga zelf zijn. Dat kan niet anders ! Het is een weersplitser. Dat kan alleen hertog van Brunsga. Ren voor je leven, en maak rechtsomkeerds !' Maar het was al te laat. Vele agenten lagen bloedend op de grond. De hyenas hadden geen medelijden. 'Stop alstublieft,' huilde een agent. 'We zullen alles voor u doen, wat u maar wilt. We weten nu dat we een grote vergissing hebben begaan.' Ineens kwamen alle hyenas weer bij elkaar als in een storm, en er was een enorme donderslag die ook het hele gebouw verlichte, zo sterk dat het leek alsof het gebouw in de vlammen stond. Ineens stond de hertog voor hen, en waren de hyenas verdwenen. De hertog stond daar in de rook. 'Zo heren, ik zal jullie direct vertellen wat jullie moeten doen,' zei de hertog. 'U gaat direct de familie van deze jongen vrijzetten uit het ijskasteel, en u gaat hen hier naartoe brengen. U zult hen met respect behandelen en geen haar op hun hoofd krenken. De jongen is genaamd Berend, en zijn familieleden heten : Albert, zijn broer, en Bodelang, zijn vader. En dan zijn oom Bakus, zijn tante Katrien, zijn oom Arend, zijn oom Joep, en de vriendin van oom Joep. Verder wil ik dat u Jokebed en Audam, twee tantes van Berend, ontslaat, en laat opsluiten in het ijskasteel.' 'Komt voor elkaar, hertog von Brunsga,' zei de agent. Hij had het snel allemaal even opgeschreven, en vertrok toen met de andere agenten. Een paar uur later kwamen degenen die waren vrijgezet aan. Een agent had ze met een busje gebracht. De agent vertrok direct weer. Berend was erg blij zijn familie weer te zien, en omhelsde ze. De hertog legde hen later uit hoe de vork in de steel zat.

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication