'Waarom zou ik ?' zei de drie-ogige broer van de heks. 'Nou, het is beter voor je om dat nu te doen,' zei koning Klaproos. 'Komt niks van in, hoor,' zei de broer van de heks. Ze keken allemaal in zijn drie ogen, die niets dan gemeenheid, duisterheid en akeligheid uitstraalden. 'Dit is niets anders dan bar en boos,' zei koning Klaproos. 'Koffie met gebak wordt dat dan genoemd, nou eerder brood met spinnekoppen. Zo ontvang je geen gasten.' 'Gasten, ha !' zei de broer van de heks. 'Jullie zijn indringers. Nou, maak dat je wegkomt, anders zul je misschien nooit de kans meer krijgen om weg te kunnen komen. Vlug.' 'Zeg, ik laat me niet zomaar door een vlegel de les leren,' zei koning Klaproos. 'Je laat nu de prins vrij, of het zal je zuur berouwen. Koffie met gebak, puh.' 'Ja, mijn zus heeft altijd de neiging mij beter voor te stellen dan ik ben,' zei de broer van de heks. 'Dat is dan haar probleem.' 'U bent het probleem,' zei Roosje. 'Ach wat,' zei de broer van de heks, 'pijp zeven krijgt ook praatjes.' 'En dat noemt zichzelf koning,' zei Roosje. 'Wat een koning zal dat wezen,' zei fee Boterbloem. 'Juist,' zei Roosje, 'een koning van klusje knudde.' 'Oh zeg, gaan we beledigend doen ?' vroeg de broer van de heks. 'Nee,' zei Roosje, 'dat is een gebakje van eigen deeg. Koffie erbij ?' 'Roosje, Roosje,' zei koning Klaproos, 'praten met die man heeft weinig zin.' 'Nou, hij moet gewoon ophoepelen,' zei Roosje brutaal. 'Hij gaat echt zijn zin niet krijgen. Hij zal echt wel moe van zichzelf worden.' Ondertussen was kabouter Sleutelzaad in zijn boek aan het lezen. 'Hier heb ik het,' zei hij. 'De drie-ogige reus, ook wel heksenkoning genoemd, kan verslagen worden door het kikkerdril van dokter Repelmeel die woont in het regenplantjes-bos. 'Je gaat nu dat boek aan mij geven,' zei de drie-ogige reus boos. Snel gingen ze uit het kasteel, en gingen richting het regenplantjes-bos. Het was weer een stuk lopen. Dokter Repelmeel had het kikkerdril in allerlei ketels. Ook hij wilde wel met ze mee om de reus uit te schakelen, zodat de prins vrij zou kunnen komen. Hij liep voorop met een pannetje kikkerdril. Toen ze bij de reus waren aangekomen, smeet dokter Repelmeel het kikkerdril in zijn gezicht. De reus storte direct neer. Maar ook hij begon net als de heks te lachen. 'Ik had het jullie nog niet verteld,' zei hij, 'maar de wachter van de groene kerker, waar de prins is opgesloten, is nog wel verschrikkelijker dan ik.' Ze begonnen het hele kasteel door te zoeken. Ergens onderin het kasteel vonden ze een boeken-kamer. Kabouter Sleutelzaad leunde tegen een
80 Online Touch Home