90

de dood begonnen te bloeden. Niemand had deze slachting zien aankomen, en Krikwiktus werd verhoogd in een vloeistof waar niemand meer kon slapen of sterven. Zij waren de levende dood, en werken zouden zij. Het skelet voerde een leger van zombies aan, en sindsdien had zijn koninkrijk geen grenzen meer. Krikwiktus had altijd al gewacht op de dag dat hij zijn metgezellen uit de weg zou ruimen. Een nieuwe kleermaker stond op, die krijsend de slaven aanvoerde. En deze kleermaker was zo goed dat er nieuwe lichamen gemaakt werden, de lichamen van de dood. Maar alleen Krikwistik bepaalde wie die lichamen zouden krijgen. Krikwistik had die voorrechten alleen voor zijn lievertjes bepaald. En de hopeloze, hulpeloze en weke zielen die die lichamen zagen werden geteisterd door de bottenketeners, geesten die de botten vastketenden, een grijze massa die hun hersenen scheen te verlammen. En de broosheid van de zielen zonder hoop begon alleen maar te groeien, en werd een delicatesse voor het skelet. Deze zielen brachten een nieuwe drank voort : de nieuwe melk van de dood. Dit was een stinkende melk waarvan de nieuwe lichamen leefden. De nieuwe lichamen stelden zich op bij de doodsrivieren en doodsmeren, en vormden nieuwe groepen en stammen. Vaak waren er gevechten, tot groot plezier van Krikwistik. Maar het grootste plezier hechtte hij aan de zorg, die helemaal geen zorg was. Zij die er waren om wonden te verbinden maakten het alleen maar erger. Dit waren de valstrikken van Krikwistik. Krikwistik had er een genoegen in die valstrikken uit te denken. Het was een meesterbrein. Door indiaanse geesten, skeletten en zombies bracht hij doem op de vlaktes van de dood. Hij was de dood zelf, de levende dood. Op een dag kwam er een indiaanse geest naar de dodenhut van Krikwistik. De indiaanse geest verkocht skeletten, en was nog niet goed op de hoogte wie Krikwistik was. ‘Skeletten te koop,’ zei de ietwat verwarde geest tegen Krikwistik die verbaasd naar buiten kwam. Krikwistik sloeg de geest neer, en stal zijn wagen vol skeletten. Later kwam Krikwistik erachter dat het een gouden vangst was, want deze skeletten konden doordringen tot in de dieptes van de grond, en van gesteentes. En voor Krikwistik was het een koud kunstje ze te temmen. Het gebeurde vaak dat verwarde geesten langskwamen om dingen te verkopen. Krikwistik kocht nooit wat. Hij stal alleen. Een geest genaamd Zeverdijm dacht dat hij een skelet was, maar Krikwistik liet hem keer op keer zien dat hij toch maar gewoon een geest was. Geesten

91 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication