27

tussenzitten, anders vloeien de energieën in elkaar over en dan is de rode draad weg. In dit poëtisch verhaal komt er dan een fee die het vijverwater aanraakt, en dan kan er verandering plaatsvinden, een beetje zoals bij het water van Bethesda in de bijbel. De engel raakte van tijd tot tijd het water aan waardoor het water geneeskrachtig werd. Dimensie overlapping is dus ook het probleem van de bakkersleerling die moet leren bakken. Door deze fase gaat de aarde nu. Hoofdstuk 11. Het nut van een identiteits crisis Dimensie overlapping, ook wel dimensie knopen genoemd, is een verschijnsel wat ontstaat als er alleen maar een-punt-zicht is, oftewel tunnel visie. Vandaar dat de Vur de mens terugleidt tot het kunst museum waar alle schilderijen verspreid zijn in plaats van op elkaar liggen. Alle boeken van de Vur zijn in principe literaire schilderijen als gekanaliseerde en onderscheiden energie, als schuif en wissel portalen tot de andere werelden. Dimensie overlapping is potentiele energie. Het kan veranderen en zich openen als het tot nut wordt gemaakt, als het tot sieraad geregen wordt, als ornamentaal communicatie middel. 'Werk bij kracht die onderwees.' Onderwijs is de ware kracht, en die rangschikt dus alles. In het rangschikken, het rijgen, krijgt alles zijn plaats en kan het openen. Alles wordt tot het goede en de waarheid als het in de juiste hoeveelheden en in de juiste verhoudingen komt. Dimensie overlapping kom je niet zomaar vanaf. Het moet verdiept worden, tot exegese. Mensen die niets hebben meegemaakt en in het rijke westen zijn opgegroeid en altijd angstvallig beschermd zijn gebleven voor beelden van de derde wereld en oorlogslanden hebben vaak een te romantisch beeld van het bestaan. Het bestaan is demonologisch. Heb je geen anti-virus, dan ga je eraan. Het bestaan is metaforisch gezegd 'raging mad amazons', als het nodige alarm. Zij die zich niet onderwerpen aan de dynamieken van de natuurkennis waarvan de natuurgodinnen een beeld zijn sterven uiteindelijk de bestaans-dood en houden gewoon op te bestaan. Als zij dan nog ogenschijnlijk leven dan zijn het parasieten. De westerse man is hier veelal een beeld van : opgeblazen, betweterig, onverschillig, onderdrukker van het vrouwelijk geslacht, altijd maar weer als man boven de vrouw proberen te staan, geen nederigheid, geen onderwijsgezindheid, geen luistergezindheid, hedonistisch, materialistisch, kortom een parasiet zonder waarlijk leven. Zij gaan van dood tot dood, als strontvliegen. Het is een tragische dodenmars. Het is de opstand tegen het bestaan, waarin ze luidkeels roepen : 'Neen, wij willen het bestaan niet. Wij willen de natuurgodinnen niet kennen. Wij hebben onze eigen rammelende en ratelende afgoden die wij volgen, keihard door de stad sjeesen in een stadse auto allemaal voor aanzien en luiegheid. Wij willen dwaas zijn, niet wijs. Wij haten de natuur. Wij spelen graag godje over anderen. Wij zijn

28 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication