wapendrager. Hij moet de diepere arsenalen leren kennen, en is tevens een wachter, een beschermer van die arsenalen, waartoe hij de sleutels draagt. De wapendrager dient hierover veel profetische informatie te ontvangen, en dient dicht bij de Muskus te leven, als een arme. Zij die in rijkdom leven kunnen en mogen dit vuur niet ontvangen. Het gaat om de nederigen, en zij die de minste willen wezen, de minore. Het arsenaal is heilig voor de wapendrager van de Muskus. Hij ziet zijn geheugen als heilig, en is heilig in het uitzoeken van de wapenen, die hij eruit pikt door de profetische gave. Zijn geheugen is zijn arsenaal, en zijn herinneringen zijn zijn wapens. Hij draagt de wapens over aan de strijder van de Muskus. Hierdoor is hij een middelaar. De derde bediening van de Muskus is de geneesheer. Veelal werkt hij met het kruis, omdat het kruis genezing brengt. Hij draagt de arsenalen en geheimen van genezingsmiddelen met zich mee, zoals de schatten van de Karmat. Hij weet dat genezing heilig is, en alleen kan gebeuren in de tempel en tabernakel. Wel is er aan elke genezing een prijs verbonden, in de vorm van lijden, dat vroeg of laat geopenbaard wordt. Genezing is verbonden aan het kruis, en mag daarvan niet losstaan. Zo is het toedienen van genezing als het toedienen van het kruis, van de Karmat, en het daarbij horende lijden. Er stroomt genezing uit de Karmat, maar dan moeten we die wonden wel dragen. De vierde bediening van de Muskus is de exorcist. Tevens is hij een profeet, want door het kruis werpt hij geesten uit die woorden verzegeld hielden. Dit is de viervoudige bediening van de Muskus, door hen die de Heilige Armoe in hun binnenste dragen. De eerste engelenbediening van de Muskus is de legendarische Lokogaamse. De Lokogamen zijn de sieraden van het kruis, de sieraden van het lijden. Zij dragen de gaven, en zijn de wapenen en schenkers des Heeren. Ook zijn zij de voeders van de engelen. De tweede engelenbediening van de Muskus is de Talgaamse. Talgamen zijn de sieraden der sacramenten, en de engelen van de beker. Tezamen vormen ze de Beker, de vierde persoon van de eenheid. Zij zijn de engelen van het lijden, en zij leiden tot de lokogamen, de sieraden van het lijden. De derde engelenbediening van de Muskus is de Tokonse. De Tokon is de heilige Leer van het Bloed, maar ook is zij het sieraad van de armoe. Zij zijn de engelen van het bloed, en tezamen vormen ze ook het bloed. Het van geen bevrijding willen weten, oftewel het pad van het Eeuwige kruis is de hogere weg. Zij die gevoelig geworden zijn voor het lijden en God begaan dit pad. Zij weten dat het kruis een pad is wat bewandeld moet worden voor een oplossing, en voor een eeuwige inwijding. Deze inwijding is zowel mystiek als cryptisch. Niets is wat het lijkt. Deze inwijding is het Kruis van Egypte, het kruis van de onderwereld, een kruis van verscheuring en verzoening, als een dieper deel van het lijden en het kruis. Het is het lijden van ijs, het lijden van afzondering, als het kruis der hermieten. Afzondering en onthechting brengt je in contact met de onderwerelden, wanneer je het materiele gaat verloochenen, en de aardse, gevallen zintuigen als leugenaars gaat behandelen." In de Eeuwig Evangelische mythologie en theologie is de Yggdrasil, de hemelse boom, dus genaamd de Karmat, een Messiaanse boom. De veertien iconen van de Muskus zijn als boom
122 Online Touch Home