Wij moeten dus besneden worden in ons hart om los te komen van westerse zoetsappige Christusverhalen die ons willen lossnijden van de slavernij tot de wet. In de evangelieën zegt Jezus dat hij niet gekomen is om de wet te vernietigen maar te vervullen, te verdiepen, en hij zegt zelf dat hij niets kan doen wat hij niet eerst God ziet doen, en niet kan spreken zonder God, dus Jezus is een slaaf tot de wet. Westerse christenen zijn vaak vies van de wet, want Liesje mag niet vies worden. Dit komt allemaal door slappe vertalingen geheel uit z'n context gerukt, en doordat ze zo Paulus tegen Jezus hebben opgezet. In Galaten gaat het om het zaad van het zoonschap en de slavernij tot de wet. Zij versterken elkaar. Vandaar dat dit volk van wilden nog onontdekt is. De Westerse Galaten is als het snoephuisje van de heks van Hans en Grietje. De mens is zwaar vergiftigd door dit boek. Vandaar dat de mens terug moet keren tot de oerzee, tot mayim, om door het zaad tot leven te komen, tot zoonschap en tot slavernij aan de wet, zoals Jezus in de evangelieën is. Toen iemand aan Jezus vroeg wat hij moest doen om behouden te worden wees Jezus hem terug op de wet. Hoofdstuk 33. Christen en Wet - De Terugkeer tot de Aartsmoeder Wat Mozes ontving op de berg is een voorbeeld voor ieder mens : de mens moet net als Mozes de wet ontvangen. Het is het mooiste wat er is als de hemelse wetten in je hart worden gegraveerd. Je kan dan niet anders dan het te doen, en je wil ook niets anders. De wet is het mooiste wat er is, en zo verafschuwd door de christenen. 'We kunnen de wet niet houden' is een leugen. De wet doet ons de wet houden, en we moeten zelfs de wet worden. Als je de wet hebt ontvangen dan ben je bezit van de wet, en dan wordt je de wet. Maar sluit de wet niet op ? Ja. En scheidt de wet niet af ? Ja. De wet ontvang je alleen als je je als Mozes hebt afgezonderd om de berg op te gaan, helemaal alleen. Je kunt de wet niet ergens kopen bij de Trekpleister of de supermarkt. Wat een prachtig iets, die wet. Gelukkig maar dat het bestaat, anders zouden we in grote problemen zijn. Anders zouden we helemaal niet bestaan. Oh, christenen hebben op de wet gepist. Zo erg haten ze de wet. Ze kunnen de wet niet luchten of zien. Ze hebben altijd wel hun babbels klaar als iemand over de wet begint. De wet is iets verschrikkelijks in hun ogen, bijna als de duivel. De genade kwam om het te vervangen, het geloof. Maar het was een misvertaling. Oops.
387 Online Touch Home