394

schepping zijn. Hiertoe, over deze principes, kwam de Vur. De mens is verdwaald in een spel, vastgeraakt in een spel, en moet terug naar het menu, de inventaris. De inventaris wordt in de Vur vergeleken met een kunstmuseum vol schilderijen. Alles zal weer achter glas gaan. Het is een spel, een soort virtual reality, maar eerst moet de mens de weg terugvinden naar het centrum, waar alle icoontjes zich bevinden, het startpunt, het menu. Ook is het tegelijkertijd het eindpunt. Dat is de eindbestemming van de mens. Het is iets van de natuur, maar de stad heeft er een karikatuur van gemaakt, als een schaduw. Dit proces beschrijft de Vur uitvoerig. Telkens weer gaat het in de Vur over schilderijen waar men in en uit kan gaan. De mens zal dus moeten terugkeren tot de hoofdcabine. Dit is een tocht door de Vur. De mens is verdwaald in religie, maar moet terug. Deze virtual reality capsule is een machtig natuur verschijnsel, wat diep in de mens verborgen ligt, en wat alleen geopend kan worden door het hongeren, het verminderen, het afstand doen van het materialisme, om zo de diepere dingen te zoeken. Dit is een proces van metaforiseren en inventariseren. Al die paadjes van het spel zijn metaforisch, en de mens moet telkens weer terugkeren tot het menu, net zoals waken en slapen zich afwisselen. We hebben het dus over boeken die open en dichtgeslagen kunnen worden. De Vur begint met het boek 'De Orkaan', wat over de brug tussen het menu en het spel gaat, waarover mensen afdalen. Let wel : dit zijn meerdere spelen. Het is als een spelcomputer. Het doel hiervan is studie, het leren, niet het hedonisme, niet het materialisme. Het ware geluk is in de opbouw en het verfijnen van de inventaris, van het menu. Je kunt dus steeds meer bijverdienen en verdiepen. Je krijgt er steeds meer icoontjes bij, steeds betere icoontjes. Dat is de eindbestemming van de mens wat voor eeuwig door kan groeien. De mens gaat dus niet met pensioen, maar tot de eeuwige sabbath. Dat is een groot verschil. De Orkaan wordt beschreven als degene die door het glas heenbreekt, en de ware brug maakt, want er zijn ook een heleboel valse inventarissen die afgebroken moeten worden, oftewel de muren van de stad. De Orkaan neemt de steden in, zegt de Vur (1:15). Het is de slager van de herinneringen. Het is een natuurkracht die nodig is. Aan het einde van het boek de Orkaan, het eerste boek, vindt de ik-persoon die door de Orkaan was opgepikt een grot met schilderijen aan de muren, en de ik-persoon komt erachter dat het een wereld in een schilderij was waar de ik-persoon vandaan kwam, dus de ik-persoon was eindelijk in het menu, de inventaris, terecht gekomen. Over de Orkaan werd al in een eerder vers gezegd : 1:19. Ik ben je slot en sleutel, Ik ben je hart, Ik ben je sieraad, jouw verscheurende, Ik ben je pijn en vreugde, Je nachtmerrie en je paradijs droom Er werd dus al een soort slaap situatie geschetst waarin de ik-persoon in een soort droom wereld terecht was gekomen, afgewisseld met nachtmerries, maar dit is ook weer een metafoor van de honger brug tussen het menu en het spel. Telkens weer daalt de speler af en gaat weer terug. De slaap is de schakel, als metafoor van de honger, als een soort reset ook. Er is dan even helemaal niets, of bijna niets.

395 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication