451

volk gelegd, als orakels. En de Vur stelt : beide overkanten van de brug zullen branden. Er is alleen leven op de brug (112:5). Aan de beide overkanten van de brug waren oorlogen, waarin het ego moet afsterven. De tweede ruiter, of beestenrijder, in Openbaring 6 is die van de oorlog, het rode, als beeld van de besnijdenis. En dat moet ook wel, want zonder de besnijdenis kan men niet de brug op. Het leven is dus te vinden in het mengsel. Het is niet alleen maar hier of daar, maar er ergens tussenin. De vierde ruiter, of beestenrijder, is die van de dood, van de dood aan het ego. Hoofdstuk 56. De Egypto-Aramese achtergrond van Filippenzen Als de man tot de vrouw gaat is dat een beeld van het zaad wat in de aarde gaat. Het zaad is het overblijfsel, de kern, wat voortkomt vanuit de grote verdrukking, en heeft zo een schuilplaats in de aarde. De vrouw baart een kind, wat al snel tot de hemel wordt genomen, in Openbaring 12. Dan vlucht de vrouw naar de wildernis (:6). Hierin komt de aarde de vrouw te hulp. Ondertussen vindt de vrouw een beest om op te rijden. Ze is namelijk tot het dualistische en demonologische geheim gekomen om het ego te overwinnen. Johannes vindt haar in de wildernis in Openbaring 17. Het is een spiegelend, paradoxaal verhaal. Filippi heeft dezelfde betekenis als de vrouw op het beest, en daarom is het een sleutelboek om dit orakel te begrijpen. Paulus, de hongerende, stelt in Filippenzen 4 dat naar de mate de mens deelt in zijn verdrukking deelt de mens in zijn verrukking. Zo kunnen we dus ook het hele opname mysterie begrijpen, want dit heeft te maken met de vrouw op het beest, met Filippi. Dit is dus in de Aramese grondtekst een mysterie van adoptie. De vrouw zit dus op een beest in de wildernis, en aan vele wateren, de volkeren. Ook dit was al genoemd in Openbaring 12 : 15En de slang wierp uit haar bek water achter de vrouw als een stroom, om haar door de stroom te laten medesleuren. 16En de aarde kwam de vrouw te hulp en de aarde opende haar mond en verzwolg de stroom, die de draak uit zijn bek had geworpen. De aarde splitste deze stroom op. Dat is de eerste hulp bij ongelukken, dat het kwaad gesplitst wordt, geanalyseerd, bestudeerd. Dat is het vak van de demonologie, en vandaar dat de vrouw op het beest in Openbaring 17 aan deze wateren zit. Hoererij kan in het Aramees zowel heilig zijn als onheilig. Paulus spreekt zelfs over de heilige tempelhoeren van Filippi in de originele Aramese grondtekst van het boek Filippenzen in 4:22. Zij zijn onderdeel van de gemeente en onderdeel van de heiligen, zoals Jezus zegt in Mattheus 21 : 'Voorwaar, Ik zeg u, de tollenaars en de hoeren gaan u voor in het Koninkrijk Gods.' Dat gaat ook over bekeerde hoeren, maar de heilige tempelhoeren zijn degenen die de mens verbinden met God, waarin de relatie tussen man en vrouw metaforisch is. Dit

452 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication