namelijk van vreemdeling, en geen naam. KTR, TR, is het anagram van RT, Areta, oftewel de donder, een beeld van de heilige Vreze. Areta is dus de moeder van Ismael. De uraei cobra's zijn in het Egyptisch de cobra's van de kroon. Zij bewaken de drager tegen overmoed. Naref is de nacht van de geheime ceremoniën van de begrafenis van Osiris, wat in het NT de geheime begrafenis van Jezus werd. Spreuk 92 is de opening van het graf waardoor de overledene naar buiten kan komen bij dag om zijn benen te gebruiken om zo tot de dagboot te gaan. Dit komt ook terug in het NT in de verhalen van Jezus. In Spreuk 102 komt de overleden god tot de hemelvaarts-boot van Ra, om het lichaam van Osiris te genezen door spuug. Het genezen door spuug wordt later gebruikt in de verhalen van Jezus waarmee Jezus een blinde geneest. Het Egyptische Dodenboek uit het Nieuwe Koninkrijk Tijdperk van Egypte wordt ook wel 'Het Boek van Thoth' genoemd. 3.10 - De Wedergeboorte van de Zee In de Latijnse Bijbel, de Vulgata, was Jozef van Arimathea de occulte discipel van Jezus, vertaald de geheime discipel van Jezus, die ook Jezus in het geheim, in het occulte, begroef. Hij had een nieuw graf uitgehouwen in een rots, in een graftuin. In het Egyptische Dodenboek waar dit uitgehaald is om de christelijke mythe te formeren is dit de Naref-nacht waarin Osiris in het geheim wordt begraven in spreuk 18. Dit graf wordt in spreuk 92 geopend, waardoor Osiris gewekt wordt door het oog van Horus, door zijn zoon. Boven het graf bevindt zich de zonneschijf. Osiris zou dan mee gaan met het oog van Horus, opdat Osiris het terug zou geven aan RA. Oorspronkelijk was dit het oog van Ra, en het stelde zijn dochters voor, als de vrouwelijke zon. Het oog van Horus was een godin genaamd Wadjet, de uraeus, de slang op de kroon, die de opstanding uitbeeldde. Ook wordt aan het einde van deze spreuk de weg geopend om te komen tot de dagboot, als een beeld van de hemelvaart. In spreuk 100 zijn dit de grotten van Hapi die geopend zijn, om zo de wegen vrij te maken voor de zonneschijf. Hapi is een zoon van Horus, en de god van de overstroming van de Nijl. Ook is hij de god van de vissen en de vogels, en wordt genoemd als de grote renner en het belangrijkste kind van Horus in spreuk 521 in de sarcofaag teksten van het Midden Koninkrijk. De opstanding en wedergeboorte heeft te maken met eb en vloed, als het sterven en de wedergeboorte van de zee. Dit ligt ten grondslag aan het ondergaan en opkomen van de zon en het hele christendom wat daaruit voort is gekomen. De eb en vloed van de Nijl werd toegeschreven aan de zaadlozing van de scheppergod Atum, die vaak aan Ra gelijkgesteld werd als Ra-Atum. Dit hele idee komt ook terug in de Bilha, in boek 29. Het Zaad van Ham, waarin het zaad van Ham de
141 Online Touch Home