362

geaccepteerd. Er was geen communicatie mogelijk met God in hun ogen. Dat was nogal vreemd, want de grote vaderen van de Reformatie, zoals Luther en Calvijn, zeiden dat het juist wel belangrijk zintuigelijke communicatie te hebben met God, en dat komt ook weer terug in de stellingen van Luther over de geestesgaven. Maar ik kwam er in die lichtere kerken achter hoe makkelijk ze erover dachten. Er was totaal geen onderscheiding, geen educatie over deze dingen. Vaak was het natte vinger werk, en wat ik vaak doorkreeg was allemaal heel zwaar en gedisciplineerd, over de noodzaak van heiliging en radicaliteit, over de demonologie, het overwinnen van het kwaad en jezelf. Ik voelde mij verbonden met de zwaardere profeten uit het Oude Testament, zoals Jeremia en Jesaja, als een eenling. Ook werd ik ontzettend depressief en bang vanwege mijn bovennatuurlijke ervaringen. Ik begreep het niet. Ik kwam het wel allemaal in de bijbel tegen, dus dat was mijn steun. Het scheen erbij te horen, en dat werd ook veel gezegd, maar hoe erger het werd, hoe minder ik mij thuisvoelde in die lichtere kerken, en ik moest ook hen boodschappen brengen over dat ze te ver afgedwaald waren, en dat werd vaak niet in dank afgenomen. Dat wilden ze niet horen. Ze wilden vaak alleen de in hun ogen goede en positieve dingen horen. Mijn boodschappen kregen steeds meer een voorspellend karakter, en de voorspellingen kwamen uit, zelfs over hele zware dingen, zoals de dood. Maar ik predikte tegen de letterlijke eeuwige hel. Dat werd ook vaak niet geaccepteerd, want die letterlijke eeuwige hel brengt gewoon teveel geld in het laatje voor de christelijke markten. Daar wilden ze niet mee afrekenen. Ik begon inmiddels wel van hele grote kerken uitnodigingen te krijgen om daar te prediken vanwege deze bevrijdende boodschap. Ik werd dus aan de ene kant lichter, maar aan de andere kant zwaarder. Alles begon een kwartslag te draaien. De lichtere kerken waren zo licht geworden dat het gevaarlijk was geworden. Er waren geen wortels meer, en zo maakte ik het cirkeltje rond en ging me eigenlijk weer wat open stellen voor de zwaardere kerken, en ditmaal het calvinisme en de Gereformeerde Gemeente. Niet dat ik er naartoe ging, maar ik begon hun geschriften te bestuderen, en ik nam alles meer symbolisch en zelfs cryptisch. Ik had inmiddels diepe studie verricht in het Aramees en de andere grondtalen van de bijbel, waardoor je een veel dieper zicht krijgt, en betekenissen veranderden. Ook had ik diepe studie verricht in de onderliggende Egyptologie, en zo had ik dus de sleutels van geletterdheid om binnen te gaan in de esoterie van de Gereformeerde Gemeente, en het was bloedmooi. Ik kon door alles heenprikken. Het benauwde me niet meer zoals vroeger. Er is zoveel van de gnosis daar opgesloten. Zoveel van de gnosis is erin doorweefd. En er ligt daar gewoon veel zwaardere munitie wat grote potentie heeft als je het even een kwartslag draait, er even een heel andere betekenis, een diepere betekenis, aan geeft. Ik zag in dat toen ik in de charismatische beweging terecht was gekomen ik eigenlijk nog steeds verbonden was aan de Gereformeerde Gemeente. Het was een prachtig mengsel geworden, en nu moest het vertaald worden. Ik kwam erachter dat de Gereformeerde Gemeente ook weer een charismatische diepte had, en zij worden dan ook heel vaak bevindelijk genoemd, leven door de godservaring. Er werd alleen niet zo lichtzinnig mee omgesprongen als in die lichtere kerken, maar juist voorzichtiger als in de heilige vreze, het heilige alarm. Daarom is er dan net zoals in mij dat moest gebeuren in de Gereformeerde Gemeente een reformatie nodig om de gevangenen vrij te zetten, als de Geletterde Gereformeerde Gemeente, want nu zitten ze vast in ongeletterdheid. Ze kennen de achtergronden niet. Ik zeg dit omdat in dromen overleden

363 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication