Het zijn de wortels van de me-nuwr-ah, de kandelaar. Zeven is in het Hebreeuws het getal van de offerdienst, sheba, wat uitgesproken wordt als sheva of shiva (Vergelijk siva in het hindoeïsme). Deze kandelaar staat in het Hebreeuws in de hemel. Zerubbabel staat voor de terugkeer uit de Babylonische ballingschap en de herbouw van de tempel. De ogen in het paslood van Zerubbabel zijn de mentale kwaliteiten in het Hebreeuws, en bronnen. In het Aramees zijn het ook poorten. In het Aramees betekent z't, s't, niet alleen olijfboom, maar ook de giftige daphne struik (daphne oloeides), ook wel rots of steenbloemen, muurbloemen, als beeld van de literaire structuren van de stenen. De steen is in het Aramees het sieraad en het pad. Daphne is in het eeuwig evangelie één van de zeven tranen van Metensia (Maria), één van haar zeven sieraden. Daphne wordt beschreven als zij die het morgenlicht draagt en de bloem des Heeren is. Daphne heeft giftige bessen, wat een beeld is van de wachter van de mond. Zij zijn de wachters van de rotstuinen. Daphne is in die zin ook de overwinnaar over steen. Dan is eigenlijk het mandaat wat in dit nachtgezicht beschreven staat : 'Niet door kracht, noch door geweld, maar door de diepte.' Het is het afsterven aan jezelf in en door steen, om zo wedergeboren te worden in steen. Zo kan de tempel herbouwd worden, of de tempel verdiept worden. Dit is dus een heel mithraïstisch mysterie. Zacharia 5 Het zesde nachtgezicht : 1Wederom sloeg ik mijn ogen op, ik zag toe en zie, een duistere wegvliegende boekrol. 2Hij zeide tot mij: Wat ziet gij? Ik antwoordde: Ik zie een vliegende boekrol, die twintig el lang en tien el breed is. 3Toen zeide hij tot mij: Dit is de vloek die uitgaat over het ganse land: volgens deze wordt ieder die steelt, van dit ogenblik af weggevaagd en volgens deze wordt ieder die vals zweert, van dit ogenblik af weggevaagd. 4Ik heb die doen uitgaan, luidt het woord des Heren der heerscharen, en hij komt tot het huis van de dief, en tot het huis van hem die bij mijn naam vals zweert, en hij overnacht in zijn huis en vernietigt het, zowel zijn houtwerk als zijn stenen. Dit is de vloek die over hen komt die geen wachter voor de mond hebben. Het staat gelijk aan diefstal, want ze stelen het Woord, verdraaiien het, en verkopen het dan door. Zij zullen wegvagen als het volk zal ontwaken. De boekrol was twintig el lang. Twintig is in de Hebreeuwse wortels dubbele, oftewel dualistische rijkdom, en lengte betekent geduld. Het gaat hier om de dualistische rijkdom van de kennis door geduld. De lengtemaat "el" is ammah in het Hebreeuws, wat komt van het woord moeder, em. De breedte staat voor de leegte, en die is tien el. Tien is het bouwen in de wortel. Het is het bouwen door de leegte, als tegenovergesteld aan het bouwen door materialisme. In het Aramees is de boekrol ook bloesem, als dat wat voortkomt vanuit een natuurproces in het juiste seizoen. 4Ik heb die doen uitgaan, luidt het woord des Heren der heerscharen, en hij komt tot het huis van de
441 Online Touch Home