beesten in een wedstrijd tussen beesten. 7. De geestelijke moeder roept, maar de mens slaapt. Bedwelmende drank voor het slapen gaan, en zo slapen ze, wanende zichzelf schoon. De geestelijke moeder roept, als het bouwen van de geestelijke vissersboot. 8. De wildernis ligt in de diepte, onder de stad, niet zomaar rechtstreeks horizontaal ergens. Als het breekpunt komt als een dief in de nacht, dan bestaat de stad niet meer, maar slechts golven. 9. De mens speelt graag met zwaar geschut, denkende dat de vijand is verslagen. Maar de mens vergeet, of wil niet zien, dat hij zijn eigen ergste vijand is. Hij wil alles kloppend maken, maar de weg er niet voor gaan. De vleselijke mens gaat voor het waan-medicijn. 10. Je wordt verkocht, een handeltje in zielen en verdovende middelen. Het is een drugsstaat. Laten we het beest bij de naam noemen. 11. Er ligt een geestelijk probleem, wat geestelijke aandacht verdiend. De geestelijken leven in een andere wereld. 12. De vleselijke mens is een mooi prater, een schoon prater. Je bent een grote zak geld voor hen, niets meer. Je gokt op 1242 13. Kritisch denken kost hen teveel. Lekker makkelijk is de norm. 14. De natuurmens weet dat boetedoening de enige weg is, want de mens heeft een hoge boete naar de hemel en naar de natuur. 15. De ogen zijn poorten en bronnen. De poorten zullen geopend worden, als de opening van een boekrol. 16. Dit is ook het geheimenis van de geestelijke vissersboot. 17. Daarom moet de mens dieper de tent in, dieper de aarde in, dieper zijn lichaam in. 18. Het water stroomt naar beneden, waar het splitst en gaat draaien, waar het tot mensen wordt, maar het is slechts de branding. 19. Ik bevond me in een woestijn, heel lang geleden, in een droom. Ik was zeer diep gegaan, en was in tunnels onder de woestijn terecht gekomen, waar alles vastliep, als een beeld van het gaan over de verminderingsgrens, waardoor de bronnen van de natuur opwellen.
1243 Online Touch Home