1275

10. Areta leidde de mens op het pad van het geestelijke Woord en de geestelijke Kennis, terwijl Kakia de mens leidde op het pad van simpel geloof waar je niets voor hoefde te doen. 11. De kippetjes zouden zo je mond binnenvliegen als je je mond zou openen. Daar zou Kakia wel voor zorgen. Het woord komt van het woord kako, het kwaad, uitwerpselen. Kakia kwam vaak als een hevig opgemaakte vrouw, zeer ijdel, en ze probeerde de sobere te verleiden om haar te volgen op het brede pad. Zij noemde haarzelf Geluk. 12. Gelukszoekers zullen dus ook zeker in haar klauwen terecht komen. 13. Er is een hevige strijd tegen kako, tegen kakia. Kakia was diep doorgedrongen in het volk. De sobere predikte ertegen. De sobere was apart gezet in toorn, op het pad van Areta, de geoefendheid. Hij moest niets hebben van de Kakia, die in de stad was opgesteld om de mens te verleiden met vage en redeloze geneugten ter bevrediging van het vlees. 14. De sobere werd apart gezet in een diepe pijn, opdat hij beschermt zou zijn tegen de krachten van Kakia. 1275 15. Het volk had buiten de natuur en de geestelijke kennis om zelf afgoden gemaakt die helemaal niet voldeden aan de natuurprocessen en voorwaardes, en ze bogen voor deze zelfgemaakte goden neer. 16. De sobere volgde Areta, de geoefendheid, maar het volk was ijdel in hun ongeoefendheid. 17. Areta moest zich soms opstellen als een tegenstander tegen het volk, omdat het volk Kakia volgde. 18. Het ging niet zomaar om geloven, want dat zou projectie zijn. Het ging om de wording, door het aanleren van de oergewoontes van de natuur. 19. De sobere streed tegen Kakia. Kakia betekent geen diepte, geen verwerking, geen proces, niets. Alles moet maar snel, snel. 20. De mens moet dus de vijand leren kennen, de geestelijke oorlogsvoering. 21. De sobere stelde dat dit volk geen angst meer had, maar roekeloos was geworden. Het volk moest weer terugkeren tot de oerangst om hen te beteugelen, voorzichtiger te maken. In de

1276 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication