Zij hebben mij teveel gebroken. Alles deed pijn, Aan het duistere ijs komt geen einde, Het wonder geschiedt binnenin, 16. De bloem verkondigt het einde, En dan is alles in het Woord, achter tranenglas. 17. Het laatste wat je tot me sprak is nu achter tranenglas, achter vurig gesteente, in het Woord. Ik staar ernaar en het doet me niet meer pijn, Ik kan nu afstand nemen, maar ik tril nog steeds na 18. Ik weet nog wel dat ik bloedend kwam, Maar nu gaat het beter met mij 19. Een vreemd gevoel dwaalt door mij heen als ik ernaar staar, Als nectar van bloemenkelken die door mij vloeit, Als de wondermelk 20. Nectar en honing zijn mijn vrienden, Het is de adem van levensgeluk, Plezier om het spel wat is gewonnen, Genot om de aarde die niet meer bedrukt 29 21. Warme nectar, Mijn mond vol van levensmelk, De aarde verzegelde het verleden 22. Zoveel stormen die de zee dragen, Het bruist met levenssap, Eindeloosheid van de nectar, 23. Alles gaat in cirkels hier, Het leven houdt op en gaat dan door, De bloem houdt de schepen af van het geheim De rode zee 24. De eeuwige duisternis van ijs, De leugen overvloeiende in de waarheid, Totdat het rode ontwaakt, Tot rode bloemenvelden ging ik, In de woonplaats van de rode hemel 25. De hemel van rode bloemenvelden, Als een geheim opwellend in de lucht, Waar zoveel stemmen haar hebben doen ontwaken 26. Tot het hek gaan wij, en dan er overheen, Wij rennen tot een nieuw geluk, Tot de rode duisternis 27. Oorlogsgeluk, is slechts een bloemenveld die de getijen weerspiegelt,
1540 Online Touch Home