1897

dan zal de Heere dienen. En ik zal één tong zijn met hen die met mij spreken. Wij zijn dan allen van één doel en één macht. 55. Niets zal ons scheiden van de macht van God. Dit zijn dan de woorden van de Allerhoogste. 56. Zalig zij die deze woorden bewaren, doorgeven en doen. 57. De Heere komt spoedig. De Heere staat aan de deur en klopt. Komt dan binnen, opdat de Heere maaltijd met u houde en u het koren des hemels laat zien. 58. Dagelijks brood heeft de Heere u gegeven, van de verborgen Kennis. Gij hebt overwonnen, gij die in de Heere blijft. 59. De ogenzalf wordt dus gekocht door het lijden, door ascetisme verkregen. Dit gaat over de terugkeer naar het visnet, de tucht, en de zelftucht. Zo ontvangen wij de ogen van God, een profetisch hart, het ogenhart. 60. De ogenzalf zelf is in het Aramees de tepel. Zo komen we tot de hemelse vrouw van de jacht en de schepping. 387 61. We hebben hier te maken met het tepel-hart, als een toerusting voor de oorlog. 62. Wie overwint zal eten van de boom des levens. Dit is in het Aramees de boom van de baarmoeder. 63. Gij haat het kwaad zoals de Heere het kwaad haat, en daarom heeft de Heer u een zuivere tentendienst gegeven. 15. De Urim hersteld 1. De sobere komt uit het land van Benjamin, wat de onderwereld betekent. 2. Hij werd gevormd in een plaats van honger betekent, en de diepte van de onderwereld, in de maag van een rund. 3. Vervolgens zien we hoe God de sobere leidde door de wildernis, het land van de bedreigingen, en door de woestijn, het land van de bedekking, van duisternis, en het donker worden, het land van de avond, wat op de jacht duidt. In het Aramees betekent dit ook leegheid. Ook werd de sobere geleid door het land van

1898 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication