565

medicijn is in het probleem zelf. 33. Gooi je het probleem weg, dan is alles verloren. Natuurlijk moeten we veel weggooien, maar ook moeten we veel herzien, en leren kennen, op waarde leren schatten. Een beetje draaien, een beetje puzzelen, een beetje op zoek gaan naar dubbele bodems. Vaak vinden we juist in de diepte van zulke kerkers en putten juist ook weer zoveel andere gevangenen, lotgenoten, die een heel ander licht op alles kunnen schijnen, en misschien zelfs de sleutel tot alles dragen. 34. Zulke situaties of personen wil je natuurlijk niet missen. Vandaar ook : afrekenen met de smetvrees. Geestelijke smetvrees is een vorm van spijbelen. De mens moet genezen worden van xenofobische smetvrees, angst voor vreemden en buitenlanders, wat een vorm van racisme is. Het is een elitaire, gemakzuchtige rijkdomsziekte in het Westen. Men is zo oververwent dat men waant alles al te hebben en niets meer nodig heeft. 't Is er al, dus buitenlanders en hun culturen zijn niet gewenst. Alles is al in kannen en kruiken. 35. Juist onze zg. "vijanden", onze nachtmerries, zullen ons helpen over de woeste zeeën van het bestaan. "Vrienden" en dromen zullen ons niet verder helpen. 565 Juist het ergste wat je in je leven hebt meegemaakt is je sleutel. Vaak moeten we tot de conclusie komen dat onze ingebeelde vijanden onze vrienden waren, en onze vrienden waren onze grootste vijanden. 36. Vaak moeten we tot de conclusie komen dat niet de ander de vijand was, maar wijzelf, in onze onwetendheid. Ik heb het dan ook over hoe je als kind wordt opgevoed met een ingebeelde vijand, zoals mensen van een ander geloof of helemaal geen geloof, of mensen uit een ander land. Die andere landen zijn wel zo afgeweken, en daar kan niets goeds uit voortkomen, enzovoorts. Neen. De mens moet zelf zijn vijandige deel onder ogen komen. 11. Het bezoek aan de hemel 1. Ik ben zo diep doorgegaan totdat ik uiteindelijk in de hemel kwam, God ontmoette, en het was totaal niet zoals ze dat in de kerk leerden. De kerk is volslagen blind, totaal verkeerd ingelicht, en niemand die het nacheckt. Dat durven ze ook niet in hun angst voor de eeuwige hel. Het zijn gevangenen.

566 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication