168

44. DE NARCIS 1. Het sap wat in onze hoofden opwelt, Sluiers van het paradijs, De kelken exploderen in onze gezichten, Om hun warme sappen los te laten, Zo lozen zij de nieuwe natuur 2. Aan het nachtijs komt geen einde, Het wonder geschiedt binnenin, De narcis verkondigt het einde van het spel, En dan is alles in de boeken 3. Het laatste wat je tot me sprak is nu een schilderij, Ik staar ernaar en het doet me niet meer pijn, Ik kan nu afstand nemen, maar ik tril nog steeds na 4. Ik weet nog wel dat ik bloedend uit dit schilderij kwam, 168

169 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication