226

12.Weet gij dan niet dat gij hierdoor gelouterd wordt ? 13.De gehoorzamen in het land Vuk dragen speren. 14.Ja, de werken der amazones doen zij, en strijden aan hun zijde. 15.Want Zij spot met de valse gehoorzamen. 16.Zij laat ze ten onder gaan op de Grote Dag. 17.Zij hebben Haar woorden verdraaid en leugens verkondigd, en zo Haar tot een bespotting gemaakt. 18.Zij haat de valse gehoorzamen. 55. DE OPIUM 1.Strijders op uw paarden, jagers aan de waterkant, komt nader, want de Opium opent zich. 2.Op de Opiumberg zien wij Haar pracht. 3.Zij sloegen mij, en nu ben ik hier. 226

227 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication