254

12. Ze moesten wel wat sneller lopen. Maar weer sprong er een woesteling voor hen, en weer drukte hij de woesteling weg. Maar na een tijdje waren ze bij de rode piramide aangekomen en stapten naar binnen. Nu werd het echt gevaarlijk, want hij wist dat er in piramides valkuilen konden zijn. 13. Soms brokkelde de grond af. Ook moesten ze goed op het plafond letten, want daar konden stenen uitvallen of zelfs speren. 14. Na een tijdje kwamen ze in een kamer terecht, en besloten ze om even uit te rusten. 15. Het was een kamer met rode gordijnen en het was er erg warm. Er stonden een heleboel grote rode stenen, waar ze op konden zitten. Even later liepen ze op een grote wijde rode trap naar boven. Het was hier warm. Langs de trap konden ze naar buiten kijken, en zagen ze de uitgestrekte rode woestijnen. 16. Het gele zou maar één keer komen, en daarna nooit meer. 17. Hij geloofde van al die verhalen niet veel. Je moet niet alles geloven wat ze zeggen. En waarom zou je wachten op het gele ? 18. Maar niet lang duurde het tot het woedende gele naar binnen rende. 19. 'Ik ga nu in deze piramide wonen,' brulde het gele. 'Het zal er zo gevaarlijk zijn dat jullie niet meer terugkunnen.' 20. Daar schrokken ze van, maar hij werd erg boos, en riep : 'Ik geloof niet in jouw verhalen. Als ik verhalen zou moeten geloven, dan zou ik hier nooit kunnen staan, maar ik ben gekomen.' 21. 'Ik heb al die verhalen zelf geschreven,' sprak het gele, 'en jullie moeten daarin geloven.' 22. Maar daar werd hij wel erg brutaal door, en riep : 'Waarom moeten wij geloven wat jij schrijft ? We hebben wel wat anders te doen dan in zulke praatjes te geloven. Je maakt iedereen gewoon bang. Waarom doe je dat eigenlijk ?' 254

255 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication