330

In het kort vertelde hij de nachtmerrie. Ze zuchtte. 'Ja, een mens kan raar dromen,' sprak hij. 94. Ze was ineens stil. 'Heb ik u hiermee pijn gedaan door het zomaar te vertellen ?' vroeg hij. 'Eh, nee hoor,' zei ze zacht. 'Maar ik heb u toch niet in verlegenheid gebracht nu hoop ik ?' vroeg hij. Ze schudde haar hoofd. 'Blijf je slapen ?' vroeg ze. 'Dan kunnen we nog wat doorpraten.' 'Gezellig,' zei hij. 95. Hij kreeg een bed in haar eigen slaapkamer. Zij sliep aan de andere kant van haar slaapkamer. Hij voelde zich wel op zijn gemak bij zo'n gastvrije vrouw. Ze praatten door tot diep in de nacht, totdat ze beiden in slaap vallen. Weer heeft hij een droom. Hij droomt dat hij in een rustige natuur is. Opeens schrikt hij wakker. Hij merkt dat hij vastgebonden is. 330

331 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication