366

Nu kunnen de velden van munt rustig slapen 6. De velden van munt reiken tot aan de overkant, Zij gaan dwars door de rivier, Tot aan de oever waar een vrouw de was doet, Waar zij vist, Alleen als vissen zullen wij dit land binnen gaan 97. DE RIVIER VROUWEN 1. Ze liepen naar de andere kant van het terras, en achter een bruin muurtje stond de eekhoorn. Hij stopte het kaartje in de gleuf. Na een tijdje begon de eekhoorn te spreken. 'Eh, nee hoor, komt niks van in. Nee hoor, ik kan je echt niet doorlaten. Nee hoor, ik kan niets voor je doen. Sorry hoor, maar daar komt echt niets van in.' Ook Zij kwam achter het bruine muurtje en begon te lachen. 'Dat doet hij wel vaker hoor,' lachte Ze. 'Hij is even het kaartje aan het verwerken.' 366

367 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication