558

Een trap tot het paradijs 16. Uit de ijsbloemen stroomt het ijs, Uit de dauwbloemen stroomt de dauw, En de honing is een rivier door de velden van witte bloemen struiken 17. Zij komt voort uit het geheim, Zij is een plant, Een brandende struik 18. Het witte schip komt uit de lelie, Een plantaardig schip 19. De struiken omsingelen de stad en vallen het binnen, Zij doorsteken de ramen, en doorsteken dan de poppen, Zij zijn allen planten 20. Een planten oorlog is het, Terwijl zij in het schuim danst, Zij doet een oorlogsdans, Een dodendans 21. Het schiet snel door het water, Ik kreeg dit visioen nadat ik van het zaad had gegeten, Het zaad van het paradijs, Het is het sap, Het sap van bomen 22. Ik zie alles met andere ogen, Hoge golven van de bomenzee, Zij vestigen de tronen, Zij brengen de kronen 23. Doornenstruiken om het kasteel, En dan vallen ze binnen, 558

559 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication