121

Ik zuchtte. Ik wist dat zij de tweede grap was. De nar in het paleis had gezegd dat het herinneringen waren die in mijn hoofd ronddwaalden als spoken, en zij hebben hun eigen kamer. "Ik ben nu ook een meestergrap," sprak ik. "Je kent de grap niet," sprak ze, terwijl ze haar tong even uit haar mond liet uitglijden. "Wat doe ik eraan ?" vroeg ik. "Je kunt niets doen," sprak ze. Ze kwam dichterbij me staan. Ze stak toen haar hand uit. Toen trok ze me op en leidde mij mee. "Waar gaan we naartoe ?" vroeg ik. "Dat zul je wel zien," sprak ze. We gingen over het strand een oerwoud in. Hier had zij ergens een hutje. Het was gemaakt van bamboe, riet en gras. Ze begon een lied te zingen in een taal die ik niet verstond. "Waar gaat het over ?" vroeg ik. Maar zonder te antwoorden zong ze door. "Je bent in het boek," sprak ze plotseling. "Het oorlogsboek wat je zou ontcijferen." "Zijn we in gevaar ?" vroeg ik. "Nee joh," zei ze. "Dit is de ontcijfering. Ik ben de ontcijfering." 121

122 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication