124

Hoofdstuk 6. De Geheimen van Kapitein Wak Er waren allemaal kleine rode lichtjes in het vissersstadje waar ze me naartoe nam. Ze had inmiddels andere kleren aangetrokken. Ze had een kamer ergens op een bovenverdieping in het centrum ergens. We moesten een paar trappen op om daar te komen. Ze had enorm veel boekenkasten in haar appartementje. Ook haar pleegvader zou hier ergens in de buurt wonen, alhoewel hij vaak op zijn schip was. Hij was altijd veel op reis. "Lekker rustig als je pleegvader veel op reis is," sprak ik. "Vind je ?" vroeg ze. "Hij is een systeem. Ik gebruik het voor de geschiedenis-lessen om dingen te ontcijferen." Ik keek haar verbaasd aan. "Echt," sprak ik. "Ik zou heel graag een keer zo'n les willen bijwonen. En je werkt ook in de visserij ?" "Half om half, als bijbaantje," sprak ze. Het was een echt vissersdorpje. Hier woonden de vissersfamilies. Ze bleven herinneringen opvissen om er wat anders van te maken. In de haven lagen veel grote vissersschepen, en ook langs de kade 124

125 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication