148

dag was het zo ver. Overal gingen alarms af, en we moesten allemaal naar een reusachtige onderzeeboot die ergens op het eiland stond. Elk eiland had zijn eigen onderzeeboot. De geschiedenis lerares wist wel waar het was, en leidde mij naar het reusachtige schip. Iedereen stond te dringen bij het schip. In de verte waren al reusachtige golven te zien die op ons af kwamen. Er was niet veel tijd. Het schip had gelukkig meerdere ingangen, en daarom ging het in goed tempo. Toen ik in de onderzeeboot was binnengekomen keek ik mijn ogen uit. Een matroos leidde ons naar een bepaalde gang waarin we beiden een eigen kamer kregen, naast elkaar. Het waren hele gezellige kamertjes met een bed. Ook had elke kamer zijn eigen tafel en wat stoelen. De geschiedenis lerares nodigde mij uit in haar kamer, zodat ze verder kon vertellen. Ik luisterde aandachtig naar haar. Eigenlijk vergaten we de overstroming geheel. Alles ging tamelijk rustig en gepland. De geschiedenis lerares vertelde dat de onderzeeboot naar het Rechte Bloemenzee gebied zou gaan. De overstroming zou nogal lang duren namelijk, en het schip zou genoodzaakt zijn aan te 148

149 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication