19

"Hoe maakt u het," sprak hij deftig. "En hoe kan ik u van dienst zijn ?" "U bent me wel een mallerd," sprak ik. Ik wist niet hoe ik het had. Ik keek het boertje aan. "Overtuigd ?" vroeg hij. Ik zei niets en zuchtte. Even was het stil. "En waar slaap ik ?" vroeg ik. "Hier kunt u echt niet slapen, edelachtbare en majesteit," sprak het boertje zo deftig mogelijk. "U hoort op het paleis," terwijl hij op de plattegrond één van de pionnen verschoof naar het paleis. Achter de weilanden was een bos, en ergens diep in het bos was het paleis. "En waar slaapt u ?" vroeg ik. "Ik zal u begeleiden naar het paleis, en daar zal ik ook een kamer hebben, want ik ben uw lakei," sprak het boertje. Ik begon te lachen. Ik dacht bij mezelf : "In wat voor zotterij ben ik nu weer beland ?" Maar ik besloot het spelletje mee te spelen. Ik was immers goed opgeleid als toneelspeler, dus dit zou een fluitje van een cent zijn, en misschien kon ik zo in een nog lagere klas komen om te begrijpen wat er allemaal gaande was, en wie nou precies die verdronken 19

20 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication