99

Hoofdstuk 5. De Mist Die nacht kon ik maar niet in slaap komen. Pas heel diep in de nacht viel ik in slaap en ik droomde over een grote donkere donderstorm in de lucht, als een wervelstorm, een reusachtige orkaan die de hele hemel openscheurde. Toen begon het te regenen en er kwamen allerlei wonderlijke bloemen op uit de grond die de steden en de hele aardbodem begonnen te vullen. Ik werd wakker en klikte het nachtlampje aan, en keek even in het zachte, schemerige licht. Toen viel ik weer in slaap. De volgende ochtend vertelde ik zoals gewoonlijks de droom aan Helga en het boertje. "Het is een groot geheim," sprak het boertje, "en dat is nog maar het begin van de geheimen." Helga knikte. "Ja," sprak ze. "Bereid je voor op veel meer, jongen." Ik had in ieder geval veel om naar toe te werken. Ik wilde maar wat graag behoren tot hen met de zwarte kappen, maar eerst moest ik een meestergrap worden. Ik vroeg me af wat dat inhield, maar niemand zei me er veel over. Er werd enorm 99

100 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication