1

1e Jaargang, nummer 3, 24 april 2023 WATERVAL Blad voor Rodenbergs-Nederlandse Literatuur __________________________________________________________________________ HET LAND VAN DE RIVIER Er stond een hotel aan een rivier, tussen het bos en de weilanden in. Er was hier een nachtschool op de bovenste verdieping van het hotel. Iedereen kon iedereen onderwijzen. Iedereen onderwees weer andere principes. Sommige principes waren beter dan anderen. De betere principes vonden hun weg wel. Alles stroomt. Alles verandert. Alles is tegengesteld. Zo komt het beste naar boven. Alles gaat van licht naar donker, en van donker naar licht. Alles gaat van de diepte tot de oppervlakte, en van de oppervlakte tot de diepte. Dit waren de zes basis-principes van het hotel. Niemand mocht hiervan afwijken. Marietje predikte het ook overdag in het dorp. Ook het dorp had deze zes basisprincipes. Het was als een religie. Monniken schuifelden door dorp en bos deze principes prevelende, zingende, in grote stoeten. Zo gingen ze van dorp tot dorp. Alles stroomt. Alles verandert. Alles is tegengesteld. Zo komt het beste naar boven. Alles gaat van licht naar donker, en van donker naar licht. Alles gaat van de diepte tot de oppervlakte, en van de oppervlakte tot de diepte. Marietje wilde niet bij de monniken horen. Ze was nogal tegendraads. Ze vond de monniken te stijf. Ze zagen er allemaal hetzelfde uit. Er veranderde eigenlijk niets. Zij vond dat de monniken zich eigenlijk helemaal niet aan de zes basis-principes hielden. En dat predikte zij ook. Daarom ging zij ook elke nacht naar de bovenste verdieping van het hotel, naar de nachtschool, om te onderwijzen en om onderwezen te worden. Ze sliep altijd een deel van de dag en een deel van de nacht, zodat ze beiden kon gebruiken. De monniken kwamen niet in de nachtschool. Zij hielden het bij de zes basisprincipes, en verder keken ze niet. Ze wilden er niets bijleren. Op een nacht ontvoerden ze Marietje, en namen haar mee naar hun klooster, waar ze werd opgesloten in een kelder. Hier werd Marietje gehersenspoelt. Ze werd bedreigd. Maar Marietje liet zich niet kennen. Ze las hen flink de les, maar ze trokken hun schouders op. Na een dag lieten ze haar gaan. Marietje ging naar de politie, maar ook daar trokken ze hun schouders op. Alles was immers tegengesteld. Het ging volgens hen niet tegen de zes basis-principes in. Marietje was woedend. Toch wist ze dat dit de zes basisprincipes waren. Ze probeerde haarzelf te kalmeren, en sprak er veel over op de nachtschool. ‘Het is natuurlijk geen excuus he, van de monniken en de politie,’ zei iemand. ‘Ach, ze doen toch wat ze willen. Niemand stopt hen,’ zei iemand anders. ‘Als wij maar doorleren,’ zei weer iemand anders. ‘Het moet maar eens afgelopen zijn,’ zei Marietje. ‘Maar ik wil geen oorlog beginnen. Dat gaat van kwaad tot erger. De nachtschool is toch het beste.’ ‘Vind ik ook,’ zei iemand anders. ‘En ik ook,’ zei weer iemand anders. Alles stroomt. Alles verandert. Alles is tegengesteld. Zo komt het beste naar boven. Alles gaat van licht naar donker, en van donker naar licht. Alles gaat van de diepte tot de oppervlakte, en van de oppervlakte tot de diepte. Ze bleven het prediken, ze bleven het onderwijzen. Iedereen begon het normaal te vinden, meer en meer. Iedereen werd er door opgenomen. De monniken werden ouder en ouder, en het ras begon langzaam uit te sterven, want er kwamen eigenlijk geen nieuwe monniken bij. Marietje vond het best. Ze was er blij mee, want ze vond de monniken altijd al verschrikkelijk. Gruwelijk vond ze het, als kind al. Op de nachtschool werd gezegd : ‘De natuur rekent vanzelf met ze af.’

2 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication