7

zal blijven, maar dat we hogere zichten zullen krijgen op het lijden die oude tranen zullen wegwissen. (zie ‘leven op de paradijs aarde – deel 2, hoofdstuk 16) We komen zo dus tot de ware, hogere tranen. Daarom zegt het Woord ook : ‘Breng me naar de laatste oceaan, die de laatste traan wegspoelt’ in Behemma 1:28. Wij moeten dus onze oude tranen inleveren voor de hemelse tranen. De hemelse tranen zijn veel meer tranen, als een oceaan waar onze laatste oude traan in wegspoelt. Het wenen van de wereld stelt niet veel voor. Elke wereldse traan van het ego houdt zoveel van de hemelse rivieren van ware tranen verborgen. Daarom opent de bloem van wedergeboorte, de bloem van Maria en Eva, dan ook de rivieren, in het eerste hoofdstuk van Behemma. De vijfde bloem in het huis van Eli is de bloem van Jozef, de bloem van dromen, en die dringen het hart binnen om Eli te waarschuwen. Samuel noemt Eli zijn innerlijke vader. Het is niet slechts een probleem van buiten, maar een probleem van binnen. Iedereen heeft een innerlijke vader van het vlees die alles probeert af te zwakken, alsof alles nog wel meevalt, dat er geen verandering nodig is, dat we het best al wel goed doen, of dat toch alles genade is, of wat voor andere smoesjes dan ook, geloof en noem maar op. ‘Vertrouw maar op God,’ zeggen ze dan, en zo schuiven ze alle verantwoordelijkheid af. De mens moet niet vertrouwen, maar veranderen, want er ontbreekt heel wat aan al die afgodsbeelden die ze gemaakt hebben, de ‘slaap lekker’ goden van de New Age. Lekker vlees eten, lekker kip eten, terwijl de tijdbom tikt. Wat heeft de mens met de schepping gedaan ? Nee, de mens is nog niet wedergeboren. De wedergeboorte brengt de ware tranen, het ware zuchten, en zo ontvangt de mens de ware dromen om de ware waarschuwing te brengen, tot Eli. Dit is dus een waarschuwing die gepaard gaat met gebed en tranen. Alleen door deze bewatering groeien onze bloemen, want anders gaan ze dood. Zorg voor de geestelijke bloemen die in je hart groeien. Ze hebben een boodschap te brengen, en die moet eerst rijpen, dus verpruts het niet. Er is een gebruiksaanwijzing voor het leven. Niets komt vanzelf. Je moet het verdienen, oftewel er zelf bij betrokken zijn, anders wordt het wel heel erg ‘spooky’. Teveel over geloof en genade praten is wolkerigheid. Daar winnen we de oorlog niet mee. Waar het visioen ontbreekt, gaat het volk ten onder, speelt het volk voor leider. Behemma 38:4 Onze geestelijke zintuigen moeten opengaan. Je kunt niet varen op alleen maar ‘van horen zeggen’, of op ‘ik geloof het allemaal wel.’ Nee, wees persoonlijk erbij betrokken, ga het persoonlijk zien en werk aan je relatie met God, persoonlijk, met je hogere innerlijke zelf, je hogere innerlijke kennis, om te ontkomen aan de vleselijkheid van Eli die in de mens sluimert. Dat is een innerlijk gevecht, een worsteling met Eli. Vers 5 zegt dan : ‘Als het volk het boogschieten onderhoudt, is het gelukkig, doelgericht, vol onderscheiding.’ Leer dus de geestelijke oorlog en de geestelijke jacht, haar wetten, de symboliek ervan, opdat je zult ontkomen aan de wereldse oorlog, de lagere aardse materiele jacht. Onderhoudt en bewerk de schepping dus, wat je gegeven is. Leef niet van het verboden vlees. Het pad van Jozef leidt terug tot het huis van Eli waar Samuel opgroeide, waar Eli van was afgeweken. Ook zou hij de vleugels van Benjamin nodig hebben om daar terug te komen. Nu, Benjamin wordt ook verder besproken in het boek Behemma, de nieuwe Genesis. In hoofdstuk 25 gaat het verder over Benjamin, in het hoofdstuk van ‘Waarschuwingen van Noach aan de zondaar’ : Als we tot de stam Benjamin zijn gekomen, zijn ingewijd in de geestelijke gehoorzaamheid, dan zullen we merken dat er nog steeds veel drangen in ons zijn die tegen de geestelijke gehoorzaamheid ingaan. (vs. 28) Geestelijke gehoorzaamheid is dus wat Eli nodig heeft om los te komen van de tuchteloosheid, want zijn kinderen waren in de greep van een slang gekomen en flink gebeten en vergiftigd door zijn lauwheid en gemakszucht. Geestelijke gehoorzaamheid is waar de stam Benjamin voor staat. Het was het jongere broertje van Jozef. Er zijn dus de drangen van Eli in de mens die verderop in het hoofdstuk overmoed worden genoemd, en een gebrek aan diepte-interpretatie. De geest van overmoed wil alles letterlijk maken, zodat hij het niet hoeft te verdiepen, niet hoeft te vergeestelijken. De geest van overmoed objectiviceerd dus alles. Lekker makkelijk. Kun je zo in een handtasje meenemen. Maar dit kostte Eli de nek. Benjamin wordt zo bewapend om de jacht aan te gaan, om de lauwheid te overwinnen. Efraim, een van de zonen van Jozef, is ‘de vrucht van de bloem’ in het Hebreeuws, de honing, zodat we de bloem van Jozef ten volle kunnen benutten, om zo ingewijd te worden in de stam Benjamin. Ook moeten we net als Mozes zo de geestelijke Wet ontvangen (31:33,42). Door tranen wordt de boot gebouwd, stelt het boek Behemma (4:16). Zo zien we ook dat het niet iets oppervlakkigs is, maar iets wat is doorleefd. Door de

8 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication