6

heb oog voor de persoon achter het werk. Ik zou u graag eens ontmoeten. Dan kunnen we elkaar van een hele andere kant leren kennen.’ ‘Jazeker,’ zei de vrouw. ‘Klinkt heel gezellig.’ ‘En trouwens,’ zei hij, ‘het is de eerste keer dat ik een gezellig iemand bij jullie aan de lijn heb, want meestal zijn het allemaal van die saaie pieten met zakelijke stemmen.’ Opeens werd de verbinding verbroken. Na een paar dagen kreeg hij een brief van haar dat ze werd afgeluisterd, en dat ze het te ver vonden gaan, dus werd de verbinding verbroken. Ze had een waarschuwing gekregen, maar wilde het contact wel buiten werk uren met hem onderhouden. Hij was blij, en schreef haar een brief terug. Hij vroeg zich af waarom ze hem niet gewoon gebeld had na werkuren, maar het bleek niet zo makkelijk te zijn. Waarom legde ze dan ook niet uit. Ze maakten een afspraak per brief ergens in een plantsoen. Toen ze elkaar uiteindelijk daar tegen kwamen was het heel amicaal. Ze omhelsden elkaar direct en waren blij elkaar te zien. ‘Ja, zie je,’ zei ze, ‘ik heb een vriendin, en die houdt alles in de gaten.’ ‘Oh, een vriendin ?’ zei hij, ‘ben je er zo een. Maar vindt ze dit dan wel goed ?’ ‘Nee, eigenlijk niet. Maar ik moet er even uit, want ze is zo beknellend,’ maakte ze duidelijk. ‘Maar hebben jullie een relatie of is het gewoon een huisgenoot ?’ vroeg hij. ‘Huisgenoot,’ zei ze, ‘maar het zit heel ingewikkeld. Het is haar huis, en ze had mij geholpen met schulden, en ze heeft allemaal vreemde voorwaarden.’ ‘Ik zie het, klinkt griezelig,’ zei hij. ‘En je werk betaalt je niet genoeg uit om op jezelf te wonen ?’ ‘Nee joh,’ zei ze. ‘Daar vangt zij het grootste gedeelte van. Ik zit helemaal aan de ketting op dit moment.’ ‘Maar dan kom je toch gewoon bij mij wonen ?’ vroeg hij. ‘Nee joh, dat kan niet, want ik zit vast aan het contract, met al die voorwaarden. Dat gaat me nooit lukken,’ zei ze. ‘Ik moet ook weer op tijd terug zijn, dus we kunnen wel ergens een ijsje kopen en even wat babbelen, maar dan moet ik toch echt weer terug.’ Zo gezegd, zo gedaan. Ze gingen ergens een ijsje kopen, babbelden weer wat, en toen moest ze weer gaan. Via een brief liet ze toen weten dat ze wel dan meer afspraakjes zoals deze konden maken, maar dat ze ook in code taal aan de telefoon konden praten. Die code taal moest hij dan leren. Hij vond het allemaal zwaar ingewikkeld, maar stond er wel voor open. Zo belde hij haar soms en spraken in code taal. Maar na een tijdje begon ze niet meer op te nemen, en kwamen er ook geen brieven meer. Hij besloot naar haar huis te gaan om te kijken wat er gaande was. Haar vriendin deed open, en hij vroeg naar haar. ‘Ze is overleden,’ zei ze. ‘Waaraan ?’ vroeg hij geschrokken. ‘Doodsoorzaak onbekend,’ zei ze. Maar hij hoorde haar roepen vanuit de kamer. ‘Ik hoor haar, laat me erdoor.’ Hij drukte de vriendin opzij en ging naar binnen. ‘Dat kun je niet doen !’ riep ze. ‘Mijn vriendin …’ Hij keek achter zich en daar stond haar vriendin met een getrokken pistool. Hij moest zich toen uitkleden en moest een kooi in. ‘Wat een raar gedoe allemaal,’ zei hij. ‘Ja, ze is gek,’ zei zijn meisje. ‘Doe nou maar gewoon wat ze zegt.’ ‘Ik ben niet gek,’ zei haar vriendin. ‘We hadden nog wat af te handelen.’ ‘Vreemde zaak, vreemd bedrijf,’ zei hij. ‘En wat is dat voor bedrijf, wat voor soort schuldaflossing is het ?’ ‘Afwas-fabriek,’ zei ze. ‘Wij maken afwasmiddelen.’ ‘Zit je me in de maling te nemen ?’ vroeg hij. ‘Nee,’ zei ze, ‘zo zitten de zaken nu eenmaal. Ik heb haar schuld afgelost, ik heb haar van haar vriendje gered, en ik heb gezworen dat ik haar voor de rest van haar leven zou beschermen.’ ‘Dat is waar,’ zei zijn meisje, ‘maar ze is een beetje overbeschermend. Ik heb het gevoel dat ik stik.’ ‘Houd even je mond,’ zei haar vriendin, ‘dit heerschap hier is een mogelijk gevaar voor jouw geestelijke gezondheid.’ ‘Lijkt er eerder op dat je zelf het gevaar bent. Het probleem heeft zich nu verschoven van het vriendje naar de vriendin,’ zei hij. ‘Houd jij ook even je mond,’ zei ze. ‘Luister : Zij is psychisch helemaal niet capabel. Ze is wilsonbekwaam. Ik heb de papieren van haar psychiater, en ik ben over haar aangesteld.’ ‘Ja, die psychiaters kunnen wel meer vertellen, dat zegt allemaal niet zoveel. Haar wordt haar vrijheid ontnomen zo, en dat is een misdaad,’ zei hij. ‘Wat je nu trouwens allemaal doet is ook een misdaad, maar dat is een ander verhaal.’ ‘Luister,’ zei de vriendin : ‘Je begrijpt

7 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication