Tekst: Jaap van Sandijk Foto’s: Shutterstock onze sector? DENK wil landelijk geld voor bedrijven met nadruk toekennen aan het MKB. Ook moet er een nationale ondernemerskredietbank komen, om kredietverlening aan het MKB te stimuleren. Extra vragen Omdat de partijprogramma’s niet specifiek ingaan op onderwerpen die voor recreatieondernemers belangrijk zijn, heeft Recreactie een aantal specifieke vragen voorgelegd aan VVD, PVV, CDA, D66, GroenLinks, SP, PvdA, ChristenUnie, Partij voor de Dieren, SGP, Forum voor Democratie en DENK. De helft van de partijen reageerde. ne en startende bedrijven makkelijker geld kunnen lenen. De partij wil de kleinschaligheidsaftrek verhogen. De lasten van het doorbetalen van ziek personeel worden eerlijker verdeeld, zonder dat dit ten koste gaat van de zieke werknemers. De Partij voor de Dieren wil dat er een fiscaal voordeel komt voor kleine bedrijven, zodat de werkgeverslasten voor die bedrijven lager worden. In hoeverre is uw partij bereid zich extra in te zetten voor een goed steun- en herstelpakket voor het MKB? VVD: Extra geld uittrekken, naast het blijven uitvoeren van de bestaande maatregelen. Nu afbouwen, met het eind van de crisis in zicht, is onverstandig. CDA: Juist nu maatregelen versterken. Er moet een omvangrijk herstel- en innovatiepakket komen. D66: Nog belangrijker dan de steunpakketten zelf is het zoveel mogelijk openhouden van de middenstand, binnen de grenzen van wat mogelijk is vanuit de volksgezondheid. D66 heeft zich daarom vorig jaar hard gemaakt voor concrete oplossingen voor ondernemers, zoals het uitbreiden van terrassen. GL: Bedrijven die na de crisis gezond door kunnen, mogen niet ten onder gaan. SP: Honderd procent compensatie voor sectoren die door overheidsmaatregelen helemaal of vrijwel geen omzet meer kunnen draaien. Naast de bestaande pakketten als NOW en TVL zijn hiervoor aparte sectorspecifieke maatregelen nodig. SGP: Meer maatwerk om schrijnende verhalen te voorkomen. Specifieke inzet voor Meer maatwerk voor MKB’ers, of juist een focus op duurzaamheid? de recreatiesector, zoals de partij al eerder deed voor campingwinkels. Hoe spant u zich in om ruimte in de buitengebieden te creëren voor de recreatiesector, zodat de sector zich daar kan ontwikkelen? VVD: De overheid moet de centrale regie voeren. Regio’s doen nu nog te veel op eigen houtje. Vanuit economisch- en leefbaarheidsperspectief is ontwikkeling in het buitengebied belangrijk. CDA: Er moet een goede balans komen in de buitengebieden tussen wonen, natuur en recreatie. Meer ruimte voor recreatieondernemers. Provincies moeten meer facilitaire middelen krijgen en ruimtes voor onder meer recreatie aanwijzen. D66: Tussen nu en 2040 moet 160 duizend hectare extra beschermde natuur gecreeerd worden. Rond steden moeten natuuren recreatiegebieden komen. GL: De ruimtelijke ordening wordt bepaald door lokale overheden, zoals gemeenten en provincies. Er moet meer natuur komen waarvan mensen kunnen genieten. Volop kansen voor ondernemers die snappen dat meer natuur ook economisch voordeel kan opleveren. SP: De SP is conform het advies van de commissie Remkes voorstander van overgangsgebieden rond de natuur, waar piekbelastende stikstofuitstoters (meestal intensieve veehouderijen) uiteindelijk zullen moeten verdwijnen of omvormen. Dat kan op verschillende manieren, door extensivering, maar bijvoorbeeld ook door aanleg van specifiek recreatieve natuur en andere recreatieve invullingen. SGP: De SGP zet zich in voor soepeler Natura 2000- en stikstofbeleid. Het beschermingsregime is nu te strikt. Recreatieondernemers betalen veel lokale lasten. Maar wat doet u aan lastenverlichting voor de sector op Rijksniveau, bijvoorbeeld als het gaat om vennootschapsbelasting? VVD: Centrale afspraken maken met lokale overheden om te voorkomen dat ze lokale Recreactie | Februari 2021 | nr 1 25 ➔
26 Online Touch Home